Language of document :

Arrest van het Gerecht van 7 november 2019 – ADDE/Parlement

(Zaak T-48/17) 1

[„Institutioneel recht – Europees Parlement – Besluit waarbij wordt verklaard dat bepaalde uitgaven van een politieke partij niet in aanmerking komen voor financiering voor het jaar 2015 – Besluit tot toekenning van een subsidie voor het jaar 2017 dat voorziet in een voorfinanciering van 33 % van het maximumbedrag van de subsidie en de verplichting om een bankgarantie te stellen – Verplichting tot onpartijdigheid – Rechten van verdediging – Financieel Reglement – Uitvoeringsvoorschriften van het Financieel Reglement – Verordening (EG) nr. 2004/2003 – Evenredigheid – Gelijke behandeling”]

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Alliance for Direct Democracy in Europe vzw (ADDE) (Brussel, België) (vertegenwoordigers: aanvankelijk L. Defalque en L. Ruessmann, vervolgens M. Modrikanen en tenslotte Y. Rimokh, advocaten)

Verwerende partij: Europees Parlement (vertegenwoordigers: C. Burgos en S. Alves, gemachtigden)

Voorwerp

Verzoek krachtens artikel 263 VWEU strekkende tot nietigverklaring van het besluit van het Parlement van 21 november 2016 waarbij wordt verklaard dat bepaalde uitgaven van een politieke partij niet in aanmerking komen voor financiering voor het jaar 2015, en van besluit FINS-2017-13 van het Parlement van 12 december 2016 betreffende de toekenning van een subsidie aan verzoekster voor het jaar 2017, voor zover daarbij de voorfinanciering wordt beperkt tot 33 % van het maximumbedrag van de subsidie en de betaling ervan afhankelijk wordt gesteld van een bankgarantie.

Dictum

Het besluit van het Parlement van 21 november 2016 waarbij wordt verklaard dat bepaalde uitgaven niet in aanmerking komen voor financiering voor het boekjaar 2015 wordt nietig verklaard.

Het verzoek tot nietigverklaring van besluit FINS-2017-13 van het Parlement van 12 december 2016 betreffende de toekenning van een subsidie aan verzoekster voor het boekjaar 2017 wordt verworpen.

Alliance for Direct Democracy in Europe vzw en het Europees Parlement dragen hun eigen kosten, daaronder begrepen de kosten van de procedure in kort geding.

____________

1     PB C 78 van 13.3.2017.