Language of document :

Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 28 mei 2020 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Verwaltungsgericht Stuttgart - Duitsland) – Interseroh Dienstleistungs GmbH / SAA Sonderabfallagentur Baden-Württemberg GmbH

(Zaak C-654/18)1

(Prejudiciële verwijzing – Milieu – Overbrenging van afvalstoffen – Verordening (EG) nr. 1013/2006 – Procedure van voorafgaande schriftelijke kennisgeving en toestemming – Algemene informatieverplichtingen – Bijlage III A – Mengsel van papier, karton en papierproducten – Code B3020 van bijlage IX bij het Verdrag van Bazel – Stoorstoffen – Verontreiniging van een mengsel met andere stoffen – Milieuhygiënisch verantwoorde nuttige toepassing)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Verwaltungsgericht Stuttgart

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Interseroh Dienstleistungs GmbH

Verwerende partij: SAA Sonderabfallagentur Baden-Württemberg GmbH

Dictum

Artikel 3, lid 2, onder a), van verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2006 betreffende de overbrenging van afvalstoffen, zoals gewijzigd bij verordening (EU) 2015/2002 van de Commissie van 10 november 2015, moet aldus worden uitgelegd dat het niet van toepassing is op een mengsel van afval van papier, karton en papierproducten waarvan elk type afvalstof valt onder een van de eerste drie streepjes van code B3020 van bijlage IX bij het Verdrag inzake de beheersing van de grensoverschrijdende overbrenging van gevaarlijke afvalstoffen en de verwijdering ervan – dat is ondertekend te Bazel op 22 maart 1989 en namens de Europese Gemeenschap is goedgekeurd bij besluit 93/98/EEG van de Raad van 1 februari 1993 –, welke code is overgenomen in bijlage V, deel 1, lijst B, bij deze verordening, en dat maximaal 10 % stoorstoffen bevat.

Artikel 3, lid 2, onder b), van verordening nr. 1013/2006, zoals gewijzigd bij verordening 2015/2002, moet aldus worden uitgelegd dat het van toepassing is op een dergelijk mengsel van afvalstoffen voor zover, ten eerste, dit mengsel geen stoffen bevat die vallen onder het vierde streepje van code B3020 van bijlage IX bij dat verdrag, welke code is overgenomen in bijlage V, deel 1, lijst B, bij die verordening, en er, ten tweede, is voldaan aan de voorwaarden van punt 1 van bijlage III A bij die verordening, hetgeen de verwijzende rechter dient na te gaan.

____________

1 PB C 35 van 28.1.2019.