Language of document :

Mededeling in het PB

 

Beroep, op 22 maart 2004 ingesteld door Peróxidos Orgáicos SA tegen de Commissie van de Europese Gemeenschappen

(Zaak T-120/04)

Procestaal: Engels

Bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen is op 22 maart 2004 beroep ingesteld tegen de Commissie van de Europese Gemeenschappen door

Peróxidos Orgánicos SA, gevestigd te Barcelona (Spanje), vertegenwoordigd door A. Creus en B. Uriarte, advocaten.

Verzoekster concludeert dat het het Gerecht behage:

─    de artikelen 1, 2, en 4 van de beschikking van de Commissie van 10 december 2003 terzake van een procedure op grond van artikel 81 van het EG-Verdrag (zaak COMP/E-2/37.585 - Organische Peroxide), nietig te verklaren voor zover zij op verzoekster betrekking hebben,

─    subsidiar, de aan verzoekster opgelegde boete in te trekken,

─    de Commissie te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

De Commissie heeft in de litigieuze beschikking vastgesteld dat verzoekster onder meer inbreuk op artikel 81 van het EG-Verdrag heeft gemaakt door van 1 januari 1971 tot 31 december 1999 deel te nemen aan een reeks overeenkomsten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen op de markt voor organische peroxide. De Commissie heeft verzoekster daarvoor een geldboete van 500 000 EUR opgelegd.

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster aan dat op grond van verordening 2988/19741 de procedure tegen haar te laat is ingeleid, aangezien haar deelname aan de inbreuk in 1997 is gestaakt en er dus een periode van meer dan vijf jaar was verstreken voor de eerste handelingen van de Commissie in de betrokken zaak.

____________

1 - Verordening (EEG) nr. 2988/74 van de Raad van 26 november 1974 inzake de verjaring van het recht van vervolging en van tenuitvoerlegging op het gebied van het vervoers- en het mededingingsrecht van de Europese Economische Gemeenschap.Publicatieblad L 319, 29/11/1974 P. 1 - 3