Arrest van het Gerecht van 17 december 2009 - Solvay/Commissie
["Mededinging - Misbruik van machtspositie - Markt voor natriumcarbonaat in de Gemeenschap (met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk en Ierland) - Beschikking houdende vaststelling van inbreuk op artikel 82 EG - Afnameovereenkomsten voor buitensporig lange periode - Getrouwheidskorting - Verjaring van bevoegdheid van Commissie om geldboeten of sancties op te leggen - Redelijke termijn - Wezenlijke vormvoorschriften - Relevante geografische markt - Bestaan van machtspositie - Misbruik van machtspositie - Recht van toegang tot dossier - Geldboete - Zwaarte en duur van inbreuk - Verzwarende omstandigheden - Recidive - Verzachtende omstandigheden"]
Procestaal: Frans
Partijen
Verzoekende partij: Solvay SA (Brussel, België) (vertegenwoordigers: L. Simont, P.-A. Foriers, G. Block, F. Louis en A. Vallery, advocaten)
Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: P. Oliver en J. Currall, gemachtigden, bijgestaan door N. Coutrelis, advocaat)
Voorwerp
Primair, een vordering tot nietigverklaring van beschikking 2003/6/EG van de Commissie van 13 december 2000 in een procedure op grond van artikel 82 [EG] (Zaak IV/33.133 - C: Natriumcarbonaat - Solvay) (PB 2003, L 10, blz. 10), en, subsidiair, een vordering tot nietigverklaring of verlaging van de aan verzoekster opgelegde geldboete.
Dictum
Het bedrag van de bij artikel 2 van beschikking 2003/6/EG van de Commissie van 13 december 2000 in een procedure op grond van artikel 82 [EG] (Zaak IV/33.133 - C: Natriumcarbonaat - Solvay) aan Solvay SA opgelegde geldboete wordt vastgesteld op 19 miljoen EUR.
Het beroep wordt verworpen voor het overige.
Verzoekster zal haar eigen kosten en 95 % van de kosten van de Europese Commissie dragen.
De Commissie zal 5 % van haar eigen kosten dragen.
____________1 - PB C 161 van 2.6.2001.