Language of document : ECLI:EU:T:2010:194





Beschikking van de president van het Gerecht van 12 mei 2010 – Reagens/Commissie

(Zaak T‑30/10 R)

„Kort geding – Mededinging – Beschikking van Commissie tot oplegging van geldboete – Bankgarantie – Verzoek tot opschorting van tenuitvoerlegging – Financiële schade – Geen uitzonderlijke omstandigheden – Geen spoedeisendheid”

1.                     Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – Fumus boni juris – Spoedeisendheid – Ernstige en onherstelbare schade – Cumulatieve voorwaarden – Afweging van alle betrokken belangen – Volgorde van onderzoek en wijze van toetsing – Beoordelingsvrijheid van rechter in kort geding (Art. 256, lid 1, VWEU, 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 11‑12)

2.                     Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – Ernstige en onherstelbare schade – Bewijslast – Financiële schade – Situatie waarin voortbestaan van verzoekende vennootschap in gevaar komt – Beoordeling met inachtneming van situatie van groep waartoe zij behoort (Art. 278 VWEU en 279 VWEU) (cf. punten 31‑33, 45‑47)

3.                     Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Opschorting van tenuitvoerlegging van verplichting om bankgarantie te stellen als voorwaarde voor niet onmiddellijk innen van geldboete – Voorwaarden voor toekenning – Buitengewone omstandigheden (Art. 278 VWEU) (cf. punten 42‑44, 55‑59)

Voorwerp

Verzoek tot opschorting van de tenuitvoerlegging van de beschikking van de Commissie van 11 november 2009 betreffende een procedure overeenkomstig artikel 81 [EG] en artikel 53 van de EER-overeenkomst (zaak COMP/C.38.589 – warmtestabilisatoren)

Dictum

1)

Het verzoek in kort geding wordt afgewezen.

2)

De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden.