Language of document : ECLI:EU:F:2007:164

ARREST VAN HET GERECHT VOOR AMBTENARENZAKEN

(Eerste kamer)

25 september 2007

Zaak F‑108/05

Alessandro Cavallaro

tegen

Commissie van de Europese Gemeenschappen

„Openbare dienst – Ambtenaren – Bezoldiging – Ontheemdingstoelage – Voorwaarde van artikel 4, lid 1, sub b, van bijlage VII bij het Statuut”

Betreft: Beroep, ingesteld krachtens de artikelen 236 EG en 152 EA en strekkende tot, onder meer, nietigverklaring van het besluit van het tot aanstelling bevoegd gezag van de Commissie van 10 augustus 2005 houdende afwijzing van de klacht die verzoeker op 3 maart 2005 heeft ingesteld tegen het besluit van datzelfde gezag houdende weigering om hem de ontheemdingstoelage toe te kennen.

Beslissing: Het beroep wordt verworpen. Elke partij zal haar eigen kosten dragen.

Samenvatting

1.      Procedure – Verweerschrift in het kader van geschillen tussen de Gemeenschappen en hun personeelsleden

2.      Ambtenaren – Persoonsdossier

(Ambtenarenstatuut, art. 26)

3.      Ambtenaren – Bezoldiging – Ontheemdingstoelage – Voorwaarden voor toekenning

(Ambtenarenstatuut, bijlage VII, art. 4, lid 1, sub b)

1.      De regel van overeenstemming tussen de voorafgaande administratieve klacht en het beroep geldt alleen voor de verzoekers. Er bestaat geen enkele regel die of beginsel dat de verwerende instellingen verbiedt, in het verweerschrift aanvullende argumenten aan te voeren naast de argumenten die zij in de precontentieuze fase voor hun standpunt hebben aangevoerd en, dientengevolge, bij dat verweerschrift stukken op te nemen die als bewijs voor die argumenten dienen.

(cf. punt 38)

2.      Het administratieve doel van een document dat op initiatief van de ambtenaar in zijn persoonsdossier is opgenomen beperkt zich niet alleen tot het gebruik dat de ambtenaar zinvol acht.

(cf. punt 39)

3.      Artikel 4, lid 1, sub b, van bijlage VII bij het Statuut moet aldus worden uitgelegd dat de daarin bedoelde referentieperiode in geval van herplaatsing van de ambtenaar afloopt op de datum van zijn aanvankelijke indiensttreding bij de Gemeenschappen.

(cf. punt 71)

Referentie:

Gerecht van eerste aanleg: 28 september 1993, Magdalena Fernández/Commissie, T‑90/92, Jurispr. blz. II‑971, punt 32