Beroep ingesteld op 4 januari 2023 – LA/Commissie

(Zaak T-4/24)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Verzoekende partij: LA (vertegenwoordiger: M. Velardo, advocaat)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

Verzoekster verzoekt het Gerecht:

het besluit van 22 maart 2023 waarbij verzoekster niet werd opgenomen in de reservelijst van het vergelijkend onderzoek EPSO/AD/371/19 omdat zij niet het vereiste aantal punten had behaald in de MCQ (eliminatie-meerkeuzetest) nietig te verklaren;

het besluit van 28 maart 2023 waarbij het verzoek tot heroverweging van de uitsluiting van het vergelijkend examen EPSO/AD/371/19 werd afgewezen, nietig te verklaren;

het besluit van het AIPN (het tot aanstelling bevoegde gezag) van 22 oktober 2023 waarbij het administratieve beroep dat op 22 juni 2023 krachtens artikel 90, lid 2, van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie (Statuut) was ingesteld, impliciet werd verworpen, gelet op het stilzwijgen van de instelling gedurende vier maanden vanaf de datum van indiening van het interne beroep, nietig te verklaren;

de Commissie te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster drie middelen aan.

Eerste middel: schending van artikel 27 van het Statuut en van het beginsel van gelijke behandeling van de kandidaten, inbreuk op de aankondiging van het vergelijkend examen. Schending van het beginsel van het gewettigd vertrouwen, onrechtmatigheid van het vergelijkend onderzoek.

Tweede middel: schending van de motiveringsplicht en van het daarmee samenhangend beginsel van de gelijkheid van procespartijen (artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie), schending van het beginsel van behoorlijk bestuur.

Derde middel: schending van artikel 5, leden 5 en 6, van bijlage III bij het Statuut.

____________