Language of document :

Beroep ingesteld op 24 juli 2014 – Spanje / Commissie

(Zaak T-548/14)

Procestaal: Spaans

Partijen

Verzoekende partij: Koninkrijk Spanje (vertegenwoordigers: A. Rubio González, Abogado del Estado)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

gedeeltelijke nietigverklaring van de beschikking van 15 mei 2014, waarin wordt vastgesteld dat in een concreet geval de kwijtschelding van de invoerrechten voor een bepaald bedrag gerechtvaardigd en voor een ander bedrag niet gerechtvaardigd is (dossier REM 03/2013), en

verwijzing van de verwerende instelling in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van zijn beroep voert verzoeker drie middelen aan.

Schending van artikel 220, lid 2, sub b, vijfde alinea, van verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (PB L 302, blz. 1)

In dit verband voert verzoeker aan dat het bericht aan importeurs van 21 mei 2010 uitsluitend betrekking heeft op de invoer van tonijnbereidingen uit Colombia en El Salvador, maar niet uit Ecuador, en alleen een algemene verwijzing bevat dat onregelmatigheden in verband met de cumulatie van de oorsprong in andere landen niet kunnen worden uitgesloten. Het gepubliceerde bericht stemt overeen met vroegere berichten met betrekking tot Colombia en El Salvador, maar kan niet willekeurig tot andere landen worden uitgebreid alleen omdat het een algemene verwijzing bevat naar de loutere mogelijkheid van onregelmatigheden.

Schending van artikel 239 van het communautair douanewetboek

In dit verband voert verzoeker aan dat in casu de hele procedure voor het verkrijgen van de certificaten van oorsprong verloopt volgens de daartoe door de bevoegde autoriteiten vastgestelde regels. Die autoriteiten passen de wetgeving niet juist toe en komen hun verplichtingen inzake de afgifte van certificaten en de controle op de goede werking van de regeling niet na. Bovendien gaat het om een duurzame handeling die ertoe bijdraagt dat bij de ondernemers gewettigde verwachtingen worden gewekt. Derhalve is voldaan aan de voorwaarden voor de erkenning van een bijzondere situatie in het kader van de preferentiële regelingen.

Schending van artikel 220, lid 2, sub b, van het communautair douanewetboek juncto de regel van de regionale cumulatie van de uitvoeringsverordening

In dit verband stelt verzoeker dat, aangezien het behoren tot dezelfde regionale groepering rechtstreeks in verband staat met de regel van de regionale cumulatie en de cumulatie is opgenomen in de algemene verwijzing naar mogelijke onregelmatigheden in het bericht, in geen geval afbreuk mag worden gedaan aan het recht om zich op goede trouw te beroepen in verband met verrichtingen waarvoor de regel van cumulatie met de landen waarop het bericht betrekking heeft, niet is toegepast. In casu mag de beperking niet worden toegepast op de invoer van producten die niet uit Colombia en El Salvador komen.