Language of document :

Mededeling in het PB

 

Beroep, op 15 oktober 2004 ingesteld door Regione Autonoma Friuli Venezia Giulia tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

(Zaak T-417/04)

Procestaal: Italiaans

Bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen is op 15 oktober 2004 beroep ingesteld tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen door Regione Autonoma Friuli Venezia Giulia, vertegenwoordigd door E. Bevilacqua en F. Capelli, advocaten.

Verzoekster concludeert dat het het Gerecht behage:

de verklarende noot bij punt 103 van bijlage I bij verordening nr. 1429/2004 van de Commissie betreffende de beperking van het gebruik van de aanduiding "Tocai friulano" tot 31 maart 2007, nietig te verklaren;

de Commissie te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Krachtens artikel 1, punt 5, van verordening nr. 1429/20041 van de Commissie tot wijziging van verordening nr. 753/2002 van de Commissie, wordt bijlage II bij de gewijzigde verordening nr. 753/2002 vervangen door een nieuwe bijlage (bijlage I), waardoor voor wijn afkomstig van het druivenras "Tocai friulano" (punt 103 van de nieuwe bijlage I), op basis van de bijgevoegde verklarende noot, de beperking in de tijd van het gebruik van de desbetreffende aanduiding gehandhaafd blijft tot 31 maart 2007, een voorschrift dat reeds in bijlage II bij verordening nr. 753/2002 vervat was. Met dit beroep wordt verzocht om nietigverklaring van de verklarende nota met betrekking tot het gebruik van de aanduiding "Tocai friulano".

Tot staving van haar beroep voert verzoekster volgende middelen aan:

op basis van artikel 59, lid 1, van het Verdrag van Wenen inzake het verdragenrecht en de uitlegging van verdragen zijn met de inwerkingtreding van het toetredingsverdrag van Hongarije en andere lidstaten op 1 mei 2004 alle bepalingen in de vroegere overeenkomsten tussen Hongarije en de Europese Gemeenschap die niet uitdrukkelijk in het toetredingsverdrag zelf zijn opgenomen, vervallen;

onbevoegdheid van de Commissie om binnen de werkingssfeer van verordening nr. 753/2000 rechten in te trekken. Zo de Commissie op basis van artikel 53 van basisverordening nr. 1493/1999 kon voorschrijven in welk land een bepaald druivenras mocht wordt geteeld, heeft zij geen bevoegdheid om het gebruik van een sinds lang in een lidstaat geteeld druivenras af te schaffen, aangezien enkel de lidstaten een dergelijk besluit kunnen nemen.

schending van het in artikel 34, lid 2, tweede alinea, EG neergelegde discriminatieverbod. Dit verbod, dat vóór de toetreding van Hongarije niet ten aanzien van dit land kon worden toegepast, is daarentegen ten volle van toepassing sinds het lid van de Gemeenschap is geworden.

ten slotte beroep verzoekster zich op schending van het evenredigheidsbeginsel en van de eigendomsrechten.

____________

1 - Verordening (EG) nr. 1429/2004 van de Commissie van 9 augustus 2004 houdende wijziging van verordening (EG) nr. 753/2002 van de Commissie van 29 april 2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad wat betreft de omschrijving, de aanduiding, de aanbiedingsvorm en de bescherming van bepaalde wijnbouwproducten (PB L 263, van 10.08.2004, blz. 11).