Language of document :

Mededeling in het PB

 

Beroep, op 15 februari 2002 ingesteld door Japan Tobacco Inc. en JT International SA tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

    (Zaak T-31/02)

    (Procestaal: Engels)

Bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen is op 15 februari 2002 beroep tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen ingesteld door Japan Tobacco Inc. en JT International SA, vertegenwoordigd door O. W. Brouwer en P. Lomas van het advocatenkantoor Freshfields Bruckhaus Deringer te Londen (Verenigd Koninkrijk).

Verzoeksters concluderen dat het het Gerecht behage:

( nietig te verklaren de besluiten van de Commissie om op 9 januari 2002 namens de Europese Gemeenschap tegens verzoeksters een procedure aanhangig te maken bij het United States District Court for the Eastern District of New York, welke procedure is ingeschreven onder het nummer CV-02-0164;

( de Commissie te verwijzen in de kosten van het onderhavige geding, daaronder begrepen de kosten van verzoeksters en die van de interveniënten.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoeksters zijn de verweersters in een beroep dat de Europese Commissie bij een rechterlijke instantie in de Verenigde Staten heeft ingesteld. Dat beroep strekt tot vergoeding van de schade die de Gemeenschap ten gevolge van ontduiking van douanerechten en BTW heeft geleden alsmede tot rechtsherstel met betrekking tot ander economisch en niet-economisch nadeel dat daaruit is voortgevloeid. Deze douanerechten en BTW zouden zijn ontdoken door frauduleuze invoer van sigaretten in de Europese Unie. Dit is de derde keer dat de Europese Commissie een dergelijk beroep instelt.1 In dit beroep treedt de Commissie ook op als gevolmachtigde van de lidstaten om de aan hen verschuldigde belastingen in te vorderen.

De middelen en argumenten zijn nagenoeg dezelfde als die in zaak T-260/01.2

C

____________

1 - Tegen het besluit om de eerste procedure in te leiden is opgekomen in zaak T-379/00 (PB C 79, van 10.3.2001) en tegen het besluit om de tweede procedure in te leiden in de zaken T-260/01 en T-272/01 (PB C 3, van 5.1.2002, blz. 39 en 45).

2 - PB C 3, van 5.1.2002, blz. 39.