Language of document :

Arrest van het Gerecht van 8 september 2021 – QB / ECB

(Zaak T-555/20)1

(„Openbare dienst – Personeel van de ECB – Beoordelingsrapport – Beoordelingsjaar 2015 – Uitvoering van een arrest van het Gerecht – Artikel 266 VWEU – Verplichting tot onpartijdigheid – Gids voor de beoordeling van de personeelsleden van de ECB – Kennelijke beoordelingsfouten – Aansprakelijkheid”)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: QB (vertegenwoordiger: L. Levi, advocaat)

Verwerende partij: Europese Centrale Bank (vertegenwoordigers: B. Ehlers en F. Malfrère, gemachtigden, bijgestaan door B. Wägenbaur, advocaat)

Voorwerp

Verzoek krachtens artikel 270 VWEU en artikel 50 bis van het Statuut van het Hof van Justitie tot, ten eerste, nietigverklaring van verzoeksters beoordelingsrapport over 2015 en, ten tweede, vergoeding van de immateriële schade die zij daardoor zou hebben geleden

Dictum

Het beroep wordt verworpen.

QB draagt haar eigen kosten en de kosten van de Europese Centrale Bank (ECB).

____________

1     PB C 359 van 26.10.2020.