Language of document :

Beroep ingesteld op 26 november 2010 - Adamowski/BHIM - Fagumit (FAGUMIT)

(Zaak T-537/10)

Taal van het verzoekschrift: Duits

Partijen

Verzoekende partij: Ursula Adamowski (Hamburg, Duitsland) (vertegenwoordiger: D. von Schultz, Rechtsanwalt)

Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen)

Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep: Fabryka Węży Gumowych i Tworzyw Sztucznych Fagumit Sp. z o.o. (Wolbrom, Polen)

Conclusies

de beslissing van de eerste kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 3 september 2010 in zaak R 1002/2009-1 vernietigen;

de vordering tot nietigverklaring van gemeenschapsmerk nr. 3 005 980 afwijzen;

het Bureau verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Ingeschreven gemeenschapsmerk waarvan nietigverklaring is gevorderd: beeldmerk dat het woordelement "FAGUMIT" bevat, voor waren van de klassen 12 en 17

Houder van het gemeenschapsmerk: verzoekster

Partij die nietigverklaring van het gemeenschapsmerk vordert: Fabryka Węży Gumowych i Tworzyw Sztucznych Fagumit Sp. z o.o.

Merkrecht van de partij die nietigverklaring vordert: nationaal beeldmerk dat het woordelement "FAGUMIT" bevat, voor waren van klasse 17

Beslissing van de nietigheidsafdeling: afwijzing van de vordering tot nietigverklaring

Beslissing van de kamer van beroep: toewijzing van het beroep en nietigverklaring van het merk

Aangevoerde middelen: schending van artikel 53, lid 1, sub c, juncto artikel 8, lid 4, van verordening (EG) nr. 207/20091, aangezien de andere partij in de procedure voor de kamer van beroep geen rechtsgeldig bewijs heeft aangevoerd waaruit een daadwerkelijk gebruik van het merkteken "FAGUMIT" blijkt; schending van artikel 53, lid 1, sub b, juncto artikel 8, lid 3, van verordening nr. 207/2009, aangezien de andere partij in de procedure voor de kamer van beroep zich effectief akkoord heeft verklaard met een inschrijving van het merkrecht op de benaming "FAGUMIT", alsmede schending van artikel 52, lid 1, sub b, van verordening nr. 207/2009, aangezien verzoekster geen handel te kwader trouw kan worden verweten op het relevante tijdstip van indiening van de gemeenschapsmerkaanvraag

____________

1 - Verordening (EG) nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het gemeenschapsmerk (PB L 78, blz. 1).