Language of document : ECLI:EU:T:2015:650





Arrest van het Gerecht (Zevende kamer) van 18 september 2015 –
HTTS en Bateni/Raad

(Zaak T‑45/14)

„Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid – Beperkende maatregelen ten aanzien van Iran – Bevriezing van tegoeden – Criterium betreffende het verlenen van essentiële diensten aan IRISL of aan entiteiten die haar eigendom zijn, onder haar zeggenschap staan of namens haar optreden – Recht op een effectieve rechterlijke bescherming – Motiveringsplicht – Kennelijke beoordelingsfout – Eigendomsrecht – Vrijheid van onderneming – Recht op eerbiediging van het gezins- en familieleven – Evenredigheid”

1.                     Beroep tot nietigverklaring – Arrest houdende nietigverklaring – Gevolgen – Gedeeltelijke nietigverklaring van een verordening of besluit waarbij een bepaalde entiteit wordt opgenomen op de lijst van personen en entiteiten die onder de beperkende maatregelen ten aanzien van Iran vallen – Terugwerkende kracht – Nietigverklaring die leidt tot nietigverklaring van een besluit of verordening waarbij een persoon of entiteit op dezelfde lijst wordt opgenomen op basis van de voornoemde nietig verklaarde handelingen (Art. 264 VWEU; besluit 2013/661/GBVB van de Raad; verordening nr. 1154/2013 van de Raad) (cf. punten 40‑56)

2.                     Beroep tot nietigverklaring – Arrest houdende nietigverklaring – Gevolgen – Beperking door het Hof – Beperkende maatregelen ten aanzien van Iran – Gedeeltelijke nietigverklaring op twee verschillende tijdstippen van twee handelingen met identieke beperkende maatregelen – Handhaving van de gevolgen van de eerste handeling tot aan de inwerkingtreding van de nietigverklaring van de tweede handeling – Geen – Gedraging van de Raad waaruit niet blijkt dat het gevaar bestaat voor ernstige en onherstelbare afbreuk aan de doeltreffendheid van de voornoemde beperkende maatregelen (Art. 264 VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 60; besluit 2013/661/GBVB van de Raad; verordening nr. 1154/2013 van de Raad) (cf. punten 58‑67)

Voorwerp

Verzoek tot nietigverklaring van besluit 2013/661/GBVB van de Raad van 15 november 2013 houdende wijziging van besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran (PB L 306, blz. 18), en uitvoeringsverordening (EU) nr. 1154/2013 van de Raad van 15 november 2013 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (PB L 306, blz. 3), voor zover zij verzoekers betreffen

Dictum

1)

Besluit 2013/661/GBVB van de Raad van 15 november 2013 houdende wijziging van besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran wordt nietig verklaard voor zover daarbij de naam van HTTS Hanseatic Trade Trust & Shipping en die van Naser Bateni zijn opgenomen op de lijst in bijlage II bij besluit 2010/413/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen Iran en tot intrekking van gemeenschappelijke standpuntbepaling 2007/140/GBVB.

2)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1154/2013 van de Raad van 15 november 2013 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran wordt nietig verklaard, voor zover daarbij de naam van HTTS Hanseatic Trade Trust & Shipping en die van Bateni zijn opgenomen op de lijst in bijlage IX bij verordening (EU) nr. 267/2012 van de Raad van 23 maart 2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran en tot intrekking van verordening (EU) nr. 961/2010.

3)

De Raad van de Europese Unie zal zijn eigen kosten dragen alsmede die van HTTS Hanseatic Trade Trust & Shipping en N. Bateni.