Arrest van het Gerecht (Zevende kamer) van 11 juli 2013 – Think Schuhwerk/BHIM (Rode uiteinden van schoenveters)
(Zaak T‑208/12)
„Gemeenschapsmerk – Gemeenschapsmerkaanvraag – Rode uiteinden van schoenveters – Absolute weigeringsgrond – Geen onderscheidend vermogen – Artikel 7, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 207/2009 – Verstekprocedure”
1. Gemeenschapsmerk – Procedurevoorschriften – Ambtshalve onderzoek van feiten – Omvang – Verplichting om juistheid van algemeen bekende feiten te onderzoeken – Geen (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 76, lid 1) (cf. punt 24)
2. Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van gemeenschapsmerk – Absolute weigeringsgronden – Merken zonder onderscheidend vermogen – Beoordeling van onderscheidend vermogen – Teken dat samenvalt met uiterlijk van aangeduide waren (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 7, lid 1, sub b) (cf. punten 32‑34, 47)
3. Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van gemeenschapsmerk – Absolute weigeringsgronden – Merken zonder onderscheidend vermogen – Rode uiteinden van schoenveters (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 7, lid 1, sub b) (cf. punten 35‑40)
4. Gemeenschapsmerk – Beslissingen van Bureau – Beginsel van gelijke behandeling – Beginsel van behoorlijk bestuur – Eerdere beslissingspraktijk van Bureau (cf. punten 55, 56)
Voorwerp
| Beroep tegen de beslissing van de eerste kamer van beroep van het BHIM van 23 februari 2012 (zaak R 1552/2011‑1), inzake een aanvraag tot inschrijving als gemeenschapsmerk van een teken in de vorm van de rode uiteinden van schoenveters |
Dictum
1) | | Het beroep wordt verworpen. |
2) | | Think Schuhwerk GmbH draagt haar eigen kosten. |