Language of document :

Beroep ingesteld op 6 mei 2013 - Gemeente Nijmegen/Commissie

(Zaak T-251/13)

Procestaal: Nederlands

Partijen

Verzoekende partij: Gemeente Nijmegen (Nijmegen, Nederland) (vertegenwoordigers: H. Janssen en S. van der Heul, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

het besluit van de Commissie van 6 maart 2013 C(2013)1152 final nietig te verklaren, voor zover het besluit betrekking heeft op de vermeende steun van de Gemeente aan NEC;

de Commissie te veroordelen in de kosten van de onderhavige procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

De gemeente Nijmegen heeft in 2003 in het Goffertpark naast het voetbalstadion Goffert Stadion het multifunctioneel sportcomplex De Eendracht gebouwd. Zowel het Goffert Stadion als De Eendracht wordt door de Nijmeegse betaaldvoetbalorganisatie NEC gehuurd. In de huurovereenkomst met betrekking tot De Eendracht is onder meer een recht van NEC op verwerving van De Eendracht overeengekomen.

Medio 2009 vatte de Gemeente het plan op om een groot deel van het Goffertpark te ontwikkelen tot een Topsport- en Innovatiepark (TIP). Het was uitdrukkelijk de bedoeling dat onder meer het bestaande (dan wel uit te breiden) Goffert Stadion en De Eendracht in TIP zouden worden geïntegreerd.

In 2008 en 2009 deelde NEC de Gemeente mee dat zij het recht om De Eendracht van de Gemeente te kopen wilde uitoefenen. Dit voornemen doorkruiste de plannen van de Gemeente rond het TIP. NEC bleek tegen betaling bereid te zijn om af te zien van het recht op verwerving van De Eendracht. Op basis van een onafhankelijke taxatie is de afkoopsom vastgesteld op 2,22 miljoen euro. Dit bedrag werd door de Gemeente aan NEC betaald.

De Commissie heeft bij besluit van 6 maart 2013 besloten de procedure van artikel 108, lid 2, VWEU in te leiden, waarbij de afkoop door de Gemeente van het recht op verwerving van De Eendracht als staatssteun in de zin van artikel 107, lid 1, VWEU wordt aangemerkt. De Gemeente betwist dit besluit.

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij drie middelen aan.

Eerste middel, ontleend aan een schending van het gelijkheidsbeginsel en het rechtszekerheidsbeginsel door het ongemotiveerd voorbijgaan aan het gebruik door de Gemeente van de mededeling van de Commissie betreffende de verkoop van gronden bij de waardering van het recht tot verwerving van De Eendracht.

Tweede middel, ontleend aan een overschrijding van de bevoegdheden van de Commissie, een onjuiste rechtsopvatting, een kennelijke beoordelingsfout en/of een schending van de motiveringsplicht door het oordeel dat de afkoop van het recht tot verwerving van De Eendracht staatssteun is in de zin van artikel 107, lid 1, VWEU, althans dat voldoende grond bestaat om het inleiden van de formele procedure op grond van artikel 108, lid 2, VWEU te rechtvaardigen.

Derde middel, ontleend aan een overschrijding van de redelijke termijn voor het inleiden van de formele procedure en een schending van het rechtszekerheidsbeginsel, de procedurevoorschriften en/of een onjuiste toepassing van het recht.

____________

1 - Mededeling van de Commissie betreffende staatssteunelementen bij de verkoop van gronden en gebouwen door openbare instanties (PB 1997 C 209, blz. 3)