Language of document :

Beroep ingesteld op 8 december 2008 - Evropaïki Dynamiki / Commissie

(Zaak T-554/08)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Evropaïki Dynamiki - Proigmena Systimata Tilepikoinonion Pliroforikis kai Tilematikis AE (Athene, Griekenland) (vertegenwoordigers: N. Korogiannakis, P. Katsimani en M. Dermitzakis, advocaten)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

de beschikking van DG TAXUD tot afwijzing van de offerte die verzoekster had ingediend in antwoord op openbare-offerteaanvraag TAXUD/2007/AO-005 voor de "Verlening van bedrijfs-, technische en projectadviesdiensten voor communautaire computertoepassingen op het gebied van douane, accijnzen en belastingen (TiMea)" (PB 2008/S 203-268728), die haar is meegedeeld bij brief van 26 september 2008, en alle andere, verwante beschikkingen van de Commissie, waaronder de gunning van de opdracht aan de gekozen inschrijver, nietig verklaren;

DG TAXUD gelasten om verzoeksters schade als gevolg van de aanbestedingsprocedure, begroot op EUR 7 638 125, te vergoeden;

DG TAXUD gelasten om de door verzoekster in verband met dit beroep gemaakte kosten in en buiten rechte te vergoeden, ook indien het beroep wordt verworpen.

Middelen en voornaamste argumenten

Met haar beroep vordert verzoekster nietigverklaring op grond van artikel 230 EG van de beschikking van de Europese Commissie (DG TAXUD) tot afwijzing van de offerte die verzoekster had ingediend in antwoord op openbare-offerteaanvraag TAXUD/2007/AO-005 voor de "Verlening van bedrijfs-, technische en projectadviesdiensten voor communautaire computertoepassingen op het gebied van douane, accijnzen en belastingen (TiMea)" (PB 2008/S 203-268728), die haar is meegedeeld bij brief van 26 september 2008, alsook schadevergoeding uit hoofde van artikel 235 EG.

Verzoekster beweert dat het beoordelingscomité verscheidene kennelijke beoordelingsfouten heeft gemaakt bij de beoordeling van de offerte. Volgens verzoekster is het beoordelingscomité afgeweken van het standaardbeleid van de Commissie en heeft het de voorschriften in het bestek van TiMea genegeerd, welke laatste de suggestie wekken dat de aanbestedende diensten in de selectiefase van de offerteaanvraag met de inschrijver contact zouden opnemen en om aanvullende inlichtingen of verduidelijkingen zouden vragen. Voorts wordt betoogd dat door de aanbestedende dienst artikel 100 van het Financieel Reglement, het beginsel van behoorlijk bestuur en het vertrouwensbeginsel zijn geschonden. Daarenboven beweert verzoekster dat de aanbestedende dienst misbruik van zijn bevoegdheden heeft gemaakt en de beginselen inzake transparantie en gelijke behandeling als vervat in artikel 93, lid 1, van het Financieel Reglement heeft geschonden.

Verzoekster beweert dat verweerster heeft nagelaten haar te voorzien van een toereikende analyse van de resultaten van de verificaties die zijn verricht naar aanleiding van verzoeksters opmerkingen over het beoordelingsrapport.

Verzoekster betoogt dat verweerster de selectiecriteria heeft misbruikt om verzoeksters offerte van selectie uit te sluiten. Al doende heeft zij de artikelen 134, lid 2, en 148, lid 3, van verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie1 en artikel 32, lid 2, van richtlijn 92/502 geschonden.

____________

1 - Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB 2002 L 357, blz. 1).

2 - Richtlijn 92/50/EEG van de Raad van 18 juni 1992 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor dienstverlening (PB 1992 L 209, blz. 1).