Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Korkein oikeus (Finland) op 20 december 2021 – C en CD

(Zaak C-804/21)

Procestaal: Fins

Verwijzende rechter

Korkein oikeus

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: C, CD

Verwerende partij: Syyttäjä

Prejudiciële vragen

Vereist artikel 23, lid 3, van kaderbesluit 2002/584/JBZ1 , gelezen in samenhang met lid 5 van dit artikel, dat wanneer een gedetineerde persoon niet binnen de termijnen is overgeleverd, de in artikel 6, lid 2, van het kaderbesluit bedoelde uitvoerende rechterlijke autoriteit een beslissing neemt over een nieuwe datum voor overlevering en nagaat of er sprake is van overmacht en of de voorwaarden voor de detentie in acht worden genomen, of is ook een procedure waarin de rechter deze elementen slechts op verzoek van de partijen beoordeelt, verenigbaar met het kaderbesluit? Indien ervan wordt uitgegaan dat de verlenging van de termijn een handeling van de rechterlijke autoriteit vereist, impliceert het uitblijven van een dergelijke handeling dan noodzakelijkerwijs dat de in het kaderbesluit vervatte termijnen zijn verstreken, in welk geval de gedetineerde persoon op grond van artikel 23, lid 5, van kaderbesluit 2002/584/JBZ in vrijheid moet worden gesteld?

Moet artikel 23, lid 3, van kaderbesluit 2002/584/JBZ aldus worden uitgelegd dat het begrip overmacht ook ziet op juridische belemmeringen voor de overlevering die uit de nationale wetgeving van de uitvoerende lidstaat voortvloeien, zoals een voor de duur van de gerechtelijke procedure opgelegd verbod van tenuitvoerlegging of het recht van de asielzoeker om in de uitvoerende staat te verblijven totdat op zijn asielaanvraag is beslist?

____________

1 Kaderbesluit 2002/584/JBZ van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedures van overlevering tussen de lidstaten - Verklaringen van sommige lidstaten bij de aanneming van het kaderbesluit (PB 2002, L 190, blz. 1).