Beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken (Eerste kamer) van 28 september 2011 -Kyriazi / Commissie
(Openbare dienst - Ambtenaren - Aanstelling - Intern vergelijkend onderzoek dat vóór 1 mei 2004 is bekendgemaakt - Tijdelijk functionaris die vóór 1 mei 2006 op lijst van geschikte kandidaten is geplaatst - Indeling in rang - Artikelen 5, lid 4, en 12, lid 3, van bijlage XIII bij het Statuut - Secretariaatstoelage - Beroeps deels kennelijk niet-ontvankelijk en deels kennelijk ongegrond)
Procestaal: Frans
Partijen
Verzoekende partij: Kalliopi Kyriazi (Klabbeek, België) (vertegenwoordiger: É. Boigelot, advocaat)
Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: aanvankelijk C. Berardis-Kayser en K. Herrmann, vervolgens K. Herrmann en H. Krämer, gemachtigden)
Interveniënt aan de zijde van de verzoekende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: aanvankelijk M. Arpio Santacruz en I. Šulce, gemachtigden, vervolgens M. Bauer, J. Monteiro en K. Zieleśkiewicz, gemachtigden)
Voorwerp
Nietigverklaring van het besluit van 12 september 2005 houdende aanstelling van verzoekster als ambtenaar op proef in rang C*1, salaristrap 2, en van elke daaropvolgende en/of daarmee verband houdende handeling, zoals het besluit om haar secretariaatstoelage in te trekken en haar deze, na haar aanstelling in vaste dienst, niet opnieuw toe te kennen
Dictum
Het beroep wordt verworpen.
Kyriazi en de Europese Commissie zullen elk hun eigen kosten dragen.
De Raad van de Europese Unie, interveniënt, zal zijn eigen kosten dragen.
____________1 - PB C 178 van 29.7.2006, blz. 43.