Language of document :

Beroep ingesteld op 17 september 2010 - Václav Hrbek als houder van de handelsnaam BODY-HF / BHIM - The Outdoor Group (ALPINE PRO SPORTSWEAR & EQUIPMENT)

(Zaak T-434/10)

Taal van het verzoekschrift: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Václav Hrbek, als houder van de handelsnaam BODY-HF (Praag, Tsjechië/Tsjechische Republiek) (vertegenwoordiger: C. Jäger, advocaat)

Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen)

Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep: The Outdoor Group Ltd (Northampton, Verenigd Koninkrijk)

Conclusies

de beslissing van de tweede kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 8 juli 2010 in zaak R 1441/2009-2 vernietigen;

het Bureau gelasten, oppositie nr. B1276692 af te wijzen en gemeenschapsmerkaanvraag nr. 5779351 in haar geheel toe te wijzen;

het Bureau verwijzen in de kosten van de procedure;

ingeval de andere partij in de procedure voor de kamer van beroep tot interventie aan de zijde van verweerder zou worden toegelaten, haar verwijzen in de kosten van de procedure, verzoekers kosten voor de kamer van beroep en voor de oppositieafdeling daaronder begrepen.

Middelen en voornaamste argumenten

Aanvrager van het gemeenschapsmerk: verzoeker

Betrokken gemeenschapsmerk: het beeldmerk "ALPINE PRO SPORTSWEAR & EQUIPMENT" voor waren van de klassen 18, 24, 25 en 28 - gemeenschapsmerkaanvraag nr. 5779351

Houder van het oppositiemerk of -teken in de oppositieprocedure: de andere partij in de procedure voor de kamer van beroep

Oppositiemerk of -teken: gemeenschapsmerkinschrijving nr. 2165017 van het beeldmerk "alpine" voor waren van de klassen 18 en 25

Beslissing van de oppositieafdeling: gedeeltelijke toewijzing van de oppositie

Beslissing van de kamer van beroep: verwerping van het beroep

Aangevoerde middelen: schending van de artikelen 65, lid 2, en 8, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het gemeenschapsmerk, op grond dat de kamer van beroep misbruik van haar bevoegdheid heeft gemaakt bij de vaststelling van de bestreden beslissing, aangezien deze beslissing niet objectief is en geen rechtsgrondslag heeft, en de kamer van beroep de criteria om uit te maken of sprake is van gevaar voor verwarring tussen het oudere merk en het betwiste merk onjuist heeft toegepast.

____________