Mededeling in het PB
ARREST VAN HET GERECHT VAN EERSTE AANLEG
van 3 december 2003
in zaak T-208/01, Volkswagen AG tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen1 (Mededinging ─ Distributie van motorvoertuigen ─ Artikel 81, lid 1, EG ─ Prijsovereenkomst ─ Begrip overeenkomst ─ Bewijs van bestaan van overeenkomst)
(Procestaal: Duits)
In zaak T-208/01, Volkswagen AG, gevestigd te Wolfsburg (Duitsland), vertegenwoordigd door R. Bechtold, advocaat, tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigde: W. Mölls), betreffende, primair, een verzoek tot nietigverklaring van beschikking 2001/711/EG van de Commissie van 29 juni 2001 in een procedure op grond van artikel 81 van het EG-Verdrag (zaak COMP/F 2/36.693 ─ Volkswagen) (PB L 262, blz. 14), en, subsidiair, een verzoek tot verlaging van de aan verzoekster opgelegde geldboete, heeft het Gerecht (Vierde kamer), samengesteld als volgt: V. Tiili, kamerpresident, P. Mengozzi en M. Vilaras, rechters; griffier: D. Christensen, administrateur, op 3 december 2003 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:
1) Verklaart beschikking 2001/711/EG van de Commissie van 29 juni 2001 in een procedure op grond van artikel 81 van het EG-Verdrag (zaak COMP/F 2/36.693 ─ Volkswagen) nietig.
2) Verwijst de Commissie in de kosten.
____________1 - PB C 331 van 24.11.01.