Language of document :

Beroep ingesteld op 9 december 2013 – European Coalition to End Animal Experiments / ECHA

(Zaak T-673/13)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: European Coalition to End Animal Experiments (Londen, Verenigd Koninkrijk) (vertegenwoordiger: D. Thomas, Solicitor)

Verwerende partij: Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA)

Conclusies

Het besluit van de kamer van beroep van het Europees Agentschap voor chemische stoffen van 10 oktober 2013 in zaak A-004/2012 met betrekking tot sectie 8.7.2 van bijlage X bij verordening (EG) nr. 1907/20061 (onderzoek naar ontwikkelingstoxiciteit bij een tweede soort), voor zover het betrekking heeft op een prenataal ontwikkelingsonderzoek bij een tweede soort, nietig verklaren;

de zaak terugverwijzen naar het ECHA, met de opdracht te onderzoeken of het op basis van de uitkomst van de eerste test en alle andere beschikbare relevante gegevens nodig is om een prenataal ontwikkelingsonderzoek uit te voeren op de stof van registrant.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij vier middelen aan.

Eerste middel: de kamer van beroep heeft ten onrechte geoordeeld dat het cumulatiebeginsel in de bijlagen van de REACH-verordening inzake testen betekent dat voor de hoeveelheidsklasse van bijlage X bij verordening (EG) nr. 1907/2006 zonder meer een tweede soort vereist is. Ter ondersteuning van dit middel betoogt verzoekster het volgende:

De redenering van de kamer van beroep is onlogisch. Testvereisten worden niet noodzakelijkerwijs strenger naargelang een bijlage voor een hogere hoeveelheidsklasse aan de orde is: het cumulatiebeginsel is vaak niet relevant voor bepaalde omslagpunten, en evenmin voor ontwikkelingstoxiciteit.

Kolom 1 van sectie 8.7.2 van bijlage X vereist uitdrukkelijk een onderzoek bij één soort, en niet bij twee soorten – net zoals kolom 1 van sectie 8.7.2. van bijlage IX.

De redenering van de kamer van beroep houdt geen rekening met de duidelijke bewoordingen van kolom 2 van sectie 8.7.2 van bijlage IX, waarin vermeld staat dat voor een hoeveelheidsklasse van bijlage IX of bijlage X een onderzoek bij een tweede soort afhankelijk is van de uitkomst van de test bij de eerste soort en van alle andere beschikbare relevante gegevens: het gaat niet om een automatisme.

De conclusie van de kamer van beroep houdt vanuit beleidsmatig oogpunt geen steek: volgens haar had de REACH-wetgever de bedoeling om de noodzaak van een onderzoek bij een tweede soort voor een lagere hoeveelheidsklasse (bijlage IX) te laten afhangen van een wetenschappelijke beoordeling, terwijl wetenschap bij een hogere hoeveelheidsklasse (bijlage X) geen rol speelt.

Tweede middel: de kamer van beroep heeft onterecht geoordeeld dat de wetgever het vereiste van bijlage X – een ontwikkelingstoxiciteitsonderzoek bij een tweede soort als standaardvereiste – tevens heeft laten gelden voor bijlage IX. Ter ondersteuning van dit middel betoogt verzoekster als volgt:

De redenering is gebaseerd op een onjuist uitgangspunt: kolom 1 van sectie 8.7.2 van bijlage X houdt geen standaardvereiste in om onderzoek uit te voeren bij een tweede soort (zie eerste middel). Bijgevolg kan een dergelijk vereiste niet gelden voor bijlage IX (zelfs indien dit in andere opzichten de juiste benadering zou zijn).

Derde middel: de kamer van beroep heeft ten onrechte geoordeeld dat het vereiste in kolom 2 van sectie 8.7.2 van bijlage IX (inzake de beoordeling van de noodzaak van een onderzoek bij een tweede soort) niet geldt voor bijlage X. Ter ondersteuning van dit middel voert verzoekster het volgende aan:

Dit is precies wat uitdrukkelijk in kolom 2 van sectie 8.7.2 van bijlage IX met de woorden [„of de volgende hoeveelheidsklasse”] staat vermeld. De twee bijlagen volgen dezelfde benadering.

Vierde middel: de kamer van beroep heeft ten onrechte geoordeeld dat de noodzaak van een onderzoek bij een tweede soort voor een hoeveelheidsklasse van bijlage X alleen kan wegvallen als kolom 2 van sectie 8.7 van bijlage X of bijlage XI wordt aangepast. Ter ondersteuning van dit middel stelt verzoekster het volgende:

Een aanpassing in kolom 2 van bijlage X of in bijlage XI is alleen relevant als er in kolom 1 sprake is van een vereiste om onderzoek te voeren. Kolom 1 van sectie 8.7.2 van bijlage X verplicht alleen om een onderzoek naar de ontwikkelingstoxiciteit uit te voeren bij een tweede soort wanneer het op basis van de beoordeling van het onderzoek bij één soort en van ander beschikbaar bewijs noodzakelijk blijkt om een onderzoek uit te voeren bij een tweede soort (zie hierboven).

____________

1 Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (PB L 396, blz. 1).