Language of document :

Beroep ingesteld op 19 oktober 2007 - Wenning / Europol

(Zaak F-114/07)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Rainer Wenning (Den Haag, Nederland) (vertegenwoordigers: G. Vandersanden, C. Ronzi, advocaten)

Verwerende partij: : Europese Politiedienst (Europol)

Conclusies

nietig te verklaren het besluit van de directeur van Europol van 21 december 2006 om verzoekers contract niet te verlengen, en hem per 1 oktober 2007 bij Europol te herplaatsen;

bijgevolg nietig te verklaren het formulier voor de ontwikkeling en de beoordeling van het personeel, waarop het bestreden besluit is gebaseerd;

de geleden materiële en morele schade te vergoeden;

Europol te verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Het besluit om verzoekers contract niet te verlengen, schendt de motiveringsplicht omdat de redenen daarvoor niet worden aangegeven. Het is gebaseerd op een ongeldig formulier voor de ontwikkeling en de beoordeling van het personeel.

Verzoekers beoordelingsrapport is opgesteld in strijd met de regels van Europol inzake de procedure voor de ontwikkeling en de beoordeling van het personeel (artikel 28 van het statuut van het Europol-personeel en de richtsnoeren met betrekking tot de procedure voor de ontwikkeling en de beoordeling van het personeel) en bevat veel beoordelingsfouten die tot een onjuiste toepassing van het recht hebben geleid.

De beoordelingsprocedure is door verzoekers hiërarchieke meerderen gebruikt om hem te ontslaan in plaats van hem te beoordelen. Dat vormt ook misbruik van bevoegdheid.

Het enige doel van verzoekers hiërarchieke meerderen was zijn contract niet te verlengen, ondanks zijn goede prestaties en het feit dat hem was verzekerd dat hij een beter cijfer dan het voorgaande jaar zou krijgen, indien hij vooruit bleef gaan. Verzoeker koesterde gewettigde verwachtingen dat zijn contract zou worden omgezet in een contract van onbeperkte duur of althans zou worden verlengd.

Het bestreden besluit en de context waarin het werd vastgesteld, stroken ook niet met het beginsel van behoorlijk bestuur en de zorgplicht die elke administratie jegens zijn personeelsleden aan de dag moet leggen.

Het zou in overeenstemming zijn geweest met zowel het belang van de dienst als van het personeelslid dat verzoeker bij Europol bleef werken. Verzoekers werk zal inderdaad worden voortgezet. Verzoeker heeft al die jaren laten zien dat hij zijn werk tot volle tevredenheid van zijn collega's en ook van personen van buiten Europol verrichtte.

Verzoeker is ook ongelijk behandeld ten opzichte van andere collega's die op dezelfde wijze presteerden als hij en wél een verlenging van hun contract hebben gekregen.

Ten slotte verzoekt verzoeker om vergoeding van de materiële en morele schade die het bestreden besluit hem heeft berokkend.

____________