Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Curte de Apel Piteşti (Roemenië) op 12 februari 2024 – Porcellino Grasso SRL / Ministerul Agriculturii şi Dezvoltării Rurale, Agenţia pentru Finanţarea Investiţiilor Rurale, Agenţia de Plăţi şi Intervenţie în Agricultură, Agenţia de Plăţi şi Intervenţie în Agricultură - Centrul Judeţean Vâlcea

(Zaak C-116/24, Porcellino Grasso)

Procestaal: Roemeens

Verwijzende rechter

Curtea de Apel Piteşti

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Porcellino Grasso SRL

Verwerende partijen: Ministerul Agriculturii şi Dezvoltării Rurale, Agenţia pentru Finanţarea Investiţiilor Rurale, Agenţia de Plăţi şi Intervenţie în Agricultură, Agenţia de Plăţi şi Intervenţie în Agricultură - Centrul Judeţean Vâlcea

Prejudiciële vragen

Verzetten de artikelen 288, 291 en 297 VWEU, het Unierechtelijke beginsel dat een besluit van de Europese Commissie rechtsgevolgen sorteert totdat het wordt nietig verklaard – zoals dit beginsel is bekrachtigd in de arresten van het Hof in de zaken C-245/92 P (Chemie Linz/Commissie), C-475/01 (Commissie/Griekenland), C-362/14 (Schrems), C-533/10 (CIVAD), 314/85 (Foto-Frost/Hauptzollamt Lübeck-Ost), C-644/17 (Eurobolt), en C-199/06 (CELF en Ministre de la Culture et de la Communication) – artikel 9, lid 3, van verordening nr. 1974/20061 en de artikelen 18 en 19 van verordening nr. 1698/20052 zich tegen de praktijk van de Roemeense nationale autoriteiten om interne handelingen vast te stellen in strijd met uitvoeringsbesluit C(2012)3529 final van de Commissie van 25 mei 2012 tot wijziging van het nationale plattelandsontwikkelingsprogramma 2007-2013, of om dit besluit buiten toepassing te laten, terwijl het is gewijzigd noch nietig is verklaard?

Kan de nationale rechter, gelet op de algemene verplichting van de lidstaten om het Unierecht na te leven, bij de beslechting van een hem voorliggende zaak rekening houden met de gevolgen en de motivering (overwegingen) van een arrest van het Gerecht van de Europese Unie (van 18 januari 2023, in zaak T-33/21) naar aanleiding van een beroep tot nietigverklaring overeenkomstig artikel 263 VWEU, waarbij een uitvoeringsbesluit van de Commissie in een vergelijkbare zaak is nietig verklaard, indien de nationale rechter zich moet houden aan een uitleggingsarrest van het Hof krachtens artikel 267 VWEU (te weten het arrest van 17 november 2022 in zaak C-443/21) dat echter geen beoordeling bevat van de geldigheid en de gevolgen van de betreffende uitvoeringsbesluiten van de Europese Commissie [besluit C(2012) 3529 final van 25 mei 2012 en besluit 2018/873 van 13 juni 20181 ] maar slechts een beoordeling van de terugbetaling van financiering bij gebrek aan een besluit van de Commissie ter zake?

Vereist het beginsel van staatsaansprakelijkheid dat de Roemeense Staat in een situatie als die van de onderhavige zaak de steunbetalingen aan de begunstigden van maatregel 215 uitkeert ten belope van het bedrag dat is vastgesteld in uitvoeringsbesluit C(2012) 3529 van de Commissie van 25 mei 2012, gedurende de gehele looptijd van hun verbintenissen?

____________

1 Verordening (EG) nr. 1974/2006 van de Commissie van 15 december 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (PB 2006, L 368, blz. 15).

1 Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (PB 2005, L 277, blz. 1).

1 Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/873 van de Commissie van 13 juni 2018 tot onttrekking aan financiering door de Europese Unie van bepaalde uitgaven die de lidstaten hebben verricht in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) (PB 2018 L 152, blz. 29).