Language of document :

Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 4 oktober 2017 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Court of Appeal (England and Wales) (Civil Division) – Verenigd Koninkrijk) – Commissioners for Her Majesty's Revenue & Customs/Mercedes-Benz Financial Services UK Ltd

(Zaak C-164/16)1

[Prejudiciële verwijzing – Belasting over de toegevoegde waarde (btw) – Richtlijn 2006/112/EG – Artikel 14, lid 2, onder b) – Levering van goederen – Auto’s – Leaseovereenkomst met koopoptie]

Procestaal: Engels

Verwijzende rechter

Court of Appeal (England and Wales) (Civil Division)

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Commissioners for Her Majesty's Revenue & Customs

Verwerende partij: Mercedes-Benz Financial Services UK Ltd

Dictum

De uitdrukking „overeenkomst volgens welke een goed [...] in huur wordt gegeven [...] onder het beding dat normaal het goed uiterlijk bij de betaling van de laatste termijn in eigendom wordt verkregen”, zoals gebezigd in artikel 14, lid 2, onder b), van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, dient aldus te worden uitgelegd dat zij van toepassing is op een standaardhuurovereenkomst met koopoptie wanneer uit de financiële voorwaarden van de overeenkomst kan worden afgeleid dat uitoefening van de optie te gelegener tijd voor de leasingnemer de enige economisch rationele keuze blijkt te zijn wanneer de overeenkomst tot aan het einde van de looptijd ervan wordt uitgevoerd, hetgeen de nationale rechter dient na te gaan.

____________

1 PB C 191 van 30.5.2016.