Language of document :

Beroep ingesteld op 8 maart 2013 - Scheepsbouw Nederland/Commissie

(Zaak T-140/13)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Scheepsbouw Nederland (Rotterdam, Nederland) (vertegenwoordigers: K. Struckmann, advocaat en G. Forwood, Barrister)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

nietigverklaring van het besluit van de Europese Commissie van 20 november 2012 in zaak SA.34736 (vervroegde afschrijving van bepaalde activa die via financiële leasing zijn aangeschaft), gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie van 13 december 2012 (PB C 384, blz. 2), en

verwijzing van verweerster in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster één middel aan, te weten schending door de Commissie van artikel 108, lid 3, VWEU en van artikel 4, leden 2 en 3, van verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad.

Volgens verzoekster is er gelet op de omstandigheden van het geval en het feit dat het vooronderzoek van de Commissie ontoereikend en onvolledig is uitgevoerd, voldoende bewijs dat er ernstige moeilijkheden zijn gerezen bij de beoordeling van de aangemelde maatregel. De Commissie kon bijgevolg niet op goede gronden na haar vooronderzoek concluderen dat de betrokken maatregel geen staatssteun vormde in de zin van artikel 107, lid 1, VWEU. Voor de Commissie was de enige mogelijkheid opening van de formele onderzoeksprocedure op grond van artikel 108, lid 2, VWEU.

____________

1 - Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag (PB L 83, blz. 1).