Language of document :

Mededeling in het PB

 

BESCHIKKING VAN HET GERECHT VAN EERSTE AANLEG

van 10 maart 2005

in zaak T-184/01, IMS Health, Inc., tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen1

(Beroep tot nietigverklaring - Opschorting van tenuitvoerlegging gevolgd door intrekking van bestreden beschikking tijdens geding - Afdoening zonder beslissing)

(Procestaal: Engels)

In zaak T-184/01, IMS Health, Inc., gevestigd te Fairfield, Connecticut (Verenigde Staten van Amerika), vertegenwoordigd door N. Levy, J. Temple-Lang, solicitors, en R. O'Donoghue, barrister, tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigden: aanvankelijk A. Whelan, É. Gippini Fournier en F. Siredey-Garnier, daarna A. Whelan, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg), ondersteund door NDC Health Corp., voorheen National Data Corp., gevestigd te Atlanta, Georgia (Verenigde Staten van Amerika) (aanvankelijk vertegenwoordigd door I. Forrester, QC, F. Fine, solicitor, C. Price en A. Gagliardi, advocaten, vervolgens door C. Price, J. Bourgeois, advocaten, en F. Fine, ten slotte door F. Fine), NDC Health GmbH & Co. KG, gevestigd te Bad Camberg (Duitsland) (aanvankelijk vertegenwoordigd door I. Forrester, QC, F. Fine en M. Powell, solicitors, C. Price en A. Gagliardi, advocaten, vervolgens door F. Fine, C. Price en J. Bourgeois, advocaten, ten slotte door F. Fine), en AzyX Deutschland GmbH Geopharma Information Services, gevestigd te Neu-Isenburg (Duitsland) (aanvankelijk vertegenwoordigd door GK Vandersanden, L. Levi en D. Dugois, advocaten, vervolgens door GK Vandersanden en L. Levi), betreffende een verzoek tot nietigverklaring van beschikking 2002/165/EG van de Commissie van 3 juli 2001 inzake een procedure op grond van artikel 82 EG (zaak COMP D3/38.044 ─ NDC Health/IMS Health: voorlopige maatregelen) (PB 2002, L 59, blz. 18), heeft het Gerecht (Vijfde kamer), samengesteld als volgt: M. Vilaras, kamerpresident, F. Dehousse en D. Šváby, rechters; griffier: H. Jung, op 10 maart 2005 een beschikking gegeven waarvan het dictum luidt als volgt:

Op het beroep behoeft niet meer te worden beslist.

2)    Elke partij draagt haar eigen kosten, ook die van de procedure in kort geding.

____________

1 - PB C 303, van 27.10.2001.