Language of document :

Arrest van het Hof (Grote kamer) van 5 maart 2024 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Grondwettelijk Hof - België) – Actieve Verdediging der Wapenliefhebbers VZW, NG en WL / Ministerraad

(Zaak C-234/211 , Actieve Verdediging der Wapenliefhebbers e.a.)

[Prejudiciële verwijzing – Harmonisatie van de wetgevingen – Richtlijn 91/477/EEG – Controle op de verwerving en het voorhanden hebben van vuurwapens – Vuurwapens die verboden of aan een vergunning onderworpen zijn – Semiautomatische vuurwapens – Richtlijn 91/477, zoals gewijzigd bij richtlijn (EU) 2017/853 – Artikel 7, lid 4 bis – Bevoegdheid voor de lidstaten om vergunningen te bevestigen, te vernieuwen of te verlengen – Vermeende onmogelijkheid om deze bevoegdheid uit te oefenen met betrekking tot semiautomatische vuurwapens die zijn omgebouwd om er losse patronen mee af te vuren of tot wapens voor saluutschoten of akoestische signalen – Geldigheid – Artikel 17, lid 1, en de artikelen 20 en 21 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Vertrouwensbeginsel]

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Grondwettelijk Hof

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Actieve Verdediging der Wapenliefhebbers VZW, NG en WL

Verwerende partij: Ministerraad

Dictum

Bij het onderzoek van de prejudiciële vraag is niet gebleken van feiten of omstandigheden die de geldigheid van artikel 7, lid 4 bis, van richtlijn 91/477/EEG van de Raad van 18 juni 1991 inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens, zoals gewijzigd bij richtlijn (EU) 2017/853 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017, kunnen aantasten in het licht van artikel 17, lid 1, en de artikelen 20 en 21 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en van het vertrouwensbeginsel.

____________

1 PB C 297 van 26.7.2021.