Language of document : ECLI:EU:T:2014:872





Beschikking van het Gerecht (Derde kamer) van 2 oktober 2014 –MPM‑Quality en Eutech/BHIM – Elton Hodinářská (MANUFACTURE PRIM 1949)

(Zaak T‑215/12)

„Gemeenschapsmerk – Nietigheidsprocedure – Gemeenschapsbeeldmerk MANUFACTURE PRIM 1949 – Ouder internationaal merk en oudere nationale merken PRIM – Kwade trouw – Artikel 165, lid 4, van verordening (EG) nr. 207/2009 – Artikelen 41 en 56 van verordening nr. 207/2009 – Artikel 52, lid 1, sub b, van verordening nr. 207/2009 – Geen normaal gebruik van het oudere merk – Beroep gedeeltelijk kennelijk niet-ontvankelijk en gedeeltelijk kennelijk rechtens ongegrond”

1.                     Procedure – Inleidend verzoekschrift – Vormvereisten – Summiere uiteenzetting van de aangevoerde middelen (Statuut van het Hof van Justitie, art. 21, eerste alinea, en 53, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 44, lid 1, sub c) (cf. punt 20)

2.                     Gemeenschapsmerk – Afstand, verval en nietigheid – Absolute nietigheidsgronden – Aanvrager te kwader trouw bij indiening van de merkaanvraag – Beeldmerk MANUFACTURE PRIM 1949 (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 52, lid 1, sub b) (cf. punten 54‑59)

Voorwerp

Beroep tegen de beslissing van de vierde kamer van beroep van het BHIM van 5 maart 2012 (zaak R 826/2010‑4) inzake een nietigheidsprocedure tussen MPM-Quality v.o.s. en Eutech a.s. enerzijds en Elton Hodinářská a.s. anderzijds

Dictum

1)

Het beroep wordt verworpen.

2)

MPM-Quality v.o.s. en Eutech a.s. worden verwezen in de kosten.