Language of document :

Beroep ingesteld op 28 september 2021 – Commissie/Polen

(Zaak C-602/21)

Procestaal: Pools

Partijen

Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: D. Milanowska, M. Noll-Ehlers, gemachtigden)

Verwerende partij: Republiek Polen

Conclusies

verklaring dat de Republiek Polen,

1) door te vereisen dat uiterlijk op 18 juli 2024 actieplannen worden opgesteld voor gebieden waar de toelaatbare grenswaarden voor geluid niet worden overschreden, de verplichtingen niet is nagekomen die op haar rusten krachtens artikel 8, leden 1 en 2, van richtlijn 2002/49 van het Europees Parlement en de Raad van 25 juni 2002 inzake de evaluatie en de beheersing van omgevingslawaai1 ;

2) door niet te vereisen dat de actieplannen een overzicht bevatten van de overeenkomstig artikel 8, lid 7, van richtlijn 2002/49 georganiseerde openbare raadplegingen en van de maatregelen die de bevoegde instanties in de eerstvolgende vijf jaar voornemens zijn te nemen om stille gebieden te beschermen, de verplichtingen niet is nagekomen die krachtens punt 1, zevende en negende streepje, van bijlage V bij deze richtlijn op haar rusten;

3) door geen actieplannen op te stellen voor de 20 belangrijke spoorwegen die in bijlage A.3 bij het beroepschrift worden beschreven, de verplichtingen niet is nagekomen die krachtens artikel 8, lid 2, van richtlijn 2002/49 op haar rusten;

4) door geen actieplannen op te stellen voor de 290 belangrijke wegen die in bijlage A.4 bij het beroepschrift worden beschreven, de verplichtingen niet is nagekomen die krachtens artikel 8, lid 2, van richtlijn 2002/49 op haar rusten, en

5) door geen samenvattingen van de actieplannen in te dienen voor de 20 belangrijke spoorwegen die in bijlage A.3 bij het beroepschrift worden beschreven en de 290 belangrijke wegen die in bijlage A.4 bij het beroepschrift worden beschreven, de verplichtingen niet is nagekomen die krachtens artikel 10, lid 2, van richtlijn 2002/49, gelezen in samenhang met bijlage VI daarbij, op haar rusten;

verwijzing van de Republiek Polen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Met haar eerste middel voert de Commissie aan dat het vereiste om uiterlijk op 18 juli 2024 actieplannen op te stellen voor gebieden waarin de toelaatbare grenswaarden voor geluid niet zijn overschreden, niet garandeert dat deze gebieden naar behoren worden beschermd en ertoe leidt dat de Republiek Polen de verplichting niet is nagekomen om actieplannen op te stellen voor de beheersing, op haar grondgebied, van lawaai-uitstoot, lawaai-effecten en lawaaivermindering, hetgeen niet in overeenstemming is met artikel 8, leden 1 en 2, van richtlijn 2002/49. De doelstellingen van de richtlijn wat betreft het vermijden en voorkomen van de schadelijke gevolgen van blootstelling aan omgevingslawaai en de handhaving van milieukwaliteit uit het oogpunt van omgevingslawaai kunnen enkel worden bereikt wanneer ook actieplannen worden uitgewerkt voor gebieden waar de grenswaarden voor geluid niet worden overschreden.

Met haar tweede middel voert de Commissie aan dat in het Poolse recht niet wordt gegarandeerd dat het programma voor de bescherming van het milieu ook betrekking heeft op middelen die tot doel hebben stille gebieden te handhaven, zoals richtlijn 2002/49 vereist. Het Poolse recht voldoet niet aan dat vereiste. Daarnaast is in het Poolse recht geen vereiste opgenomen om als verplicht onderdeel van een actieplan een overzicht op te nemen van de overeenkomstig artikel 8, lid 7, van richtlijn 2002/49 georganiseerde openbare raadplegingen. Artikel 119a, lid 4, van de ustawa Prawo ochrony środowiska (wet milieubescherming) verplicht de verantwoordelijke persoon enkel overeenkomstig de relevante bepalingen openbare raadplegingen te houden. Er is echter geen wettelijke verplichting in het actieplan een overzicht op te nemen van de openbare raadplegingen.

Met haar derde middel voert de Commissie aan dat Polen geen actieplannen heeft opgesteld voor de 20 belangrijke spoorwegen die het voordien als zodanig bij de Commissie had aangemeld. Daardoor heeft Polen artikel 8, lid 2, van richtlijn 2002/49 geschonden.

Met haar vierde middel voert de Commissie aan dat Polen geen actieplannen heeft opgesteld voor de 290 belangrijke wegen die het voordien als zodanig bij de Commissie had aangemeld. Daardoor heeft Polen artikel 8, lid 2, van richtlijn 2002/49 geschonden.

Met haar vijfde middel voert de Commissie aan dat Polen voor de 20 belangrijke spoorwegen en 290 belangrijke wegen geen samenvattingen van de actieplannen heeft ingediend. Daardoor heeft Polen artikel 10 van richtlijn 2002/49 geschonden.

____________

1     PB 2002, L 189, blz. 12.