Language of document : ECLI:EU:T:2009:154





Beschikking van het Gerecht (Tweede kamer) van 12 mei 2009 – CHEMK en KF / Raad en Commissie

(Zaak T‑190/08)

„Beroep tot nietigverklaring – Beroepstermijn – Gedeeltelijke niet-ontvankelijkheid – Interventie”

1.                     Beroep tot nietigverklaring – Termijnen – Aanvang – Handeling die ter kennis moet worden gebracht – Berekening – Overschrijding van termijn – Niet-ontvankelijkheid (Art. 230, vijfde alinea, EG; reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste aanleg, art. 101, lid 1, en 102, lid 2) (cf. punten 19-23)

2.                     Procedure – Interventie – Partij die niet als medeverweerster kan worden beschouwd wegens tardieve instelling van tegen haar gericht beroep tot nietigverklaring – Toelaatbaarheid (Statuut van het Hof van Justitie, art. 40, eerste alinea; reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste aanleg, art. 115 en 116) (cf. punten 24-26)

Voorwerp

Verzoek tot gedeeltelijke nietigverklaring van verordening (EG) nr. 172/2008 van de Raad van 25 februari 2008 tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van het voorlopige antidumpingrecht op ferrosilicium van oorsprong uit de Volksrepubliek China, Egypte, Kazachstan, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Rusland (PB L 55, blz. 6), en subsidiair verzoek tot nietigverklaring van de beslissing van de Commissie van 28 februari 2008 tot afwijzing van de vordering van verzoeksters tot schorsing van de antidumpingrechten

Dictum

1)

Het beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard voor zover het is gericht tegen de beslissing van de Commissie van 28 februari 2008 tot afwijzing van de vordering van Chelyabinsk electrometallurgical integrated plant OAO (CHEMK) en Kuzneckie ferrosplavy OAO (KF) tot schorsing van de antidumpingrechten.

2)

De Commissie wordt toegelaten tot interventie in zaak T‑190/08 ter ondersteuning van de conclusies van de Raad.

3)

De griffier zal de Commissie een afschrift van alle aan de partijen betekende procedurestukken bezorgen.

4)

De Commissie wordt een termijn voor indiening van een memorie in interventie opgelegd.

5)

De beslissing omtrent het verzoek om maatregelen tot organisatie van de procesgang en om maatregelen van instructie wordt aangehouden.

6)

CHEMK en KF worden verwezen in de kosten betreffende de exceptie van niet-ontvankelijkheid. Voor het overige wordt de beslissing omtrent de kosten aangehouden.