Language of document : ECLI:EU:T:2012:83





Beschikking van de president van het Gerecht van 17 februari 2012 — Hassan/Raad

(Zaak T‑572/11 R)

„Kort geding — Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid — Beperkende maatregelen tegen Syrië — Bevriezing van tegoeden en financiële middelen — Verzoek om voorlopige maatregelen — Geen spoedeisendheid — Belangenafweging”

1.                     Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorlopige maatregelen — Voorwaarden voor toekenning — Fumus boni juris — Spoedeisendheid — Ernstige en onherstelbare schade — Cumulatieve voorwaarden — Afweging van alle betrokken belangen — Volgorde van onderzoek en wijze van toetsing — Beoordelingsvrijheid van rechter in kort geding (Art. 256, lid 1, VWEU, 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 14‑16)

2.                     Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorlopige maatregelen — Voorwaarden voor toekenning — Spoedeisendheid — Ernstige en onherstelbare schade — Causaal verband tussen gestelde schade en bestreden handeling — Bewijslast (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 21‑22)

3.                     Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorlopige maatregelen — Voorwaarden voor toekenning — Spoedeisendheid — Ernstige en onherstelbare schade — Financiële schade — Situatie waarin voortbestaan van verzoekende vennootschap in gevaar komt — Beoordeling met inachtneming van situatie van groep waartoe zij behoort — Toepassing op natuurlijke persoon die zeggenschap over deze vennootschap uitoefent (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 33‑36)

4.                     Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorlopige maatregelen — Voorwaarden voor toekenning — Spoedeisendheid — Ernstige en onherstelbare schade — Financiële schade — Situatie waarin voortbestaan van verzoekende vennootschap in gevaar komt — Bewijslast (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 38‑40)

5.                     Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorwaarden voor toekenning — Ernstige en onherstelbare schade — Financiële schade — Schade die achteraf kan worden vergoed of waarvoor beroep tot schadevergoeding kan worden ingesteld — Schade die niet als onherstelbaar kan worden aangemerkt (Art. 268 VWEU, 278 VWEU en 340 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punt 47)

6.                     Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorwaarden voor toekenning — Spoedeisendheid — Ernstige en onherstelbare schade — Bewijslast — Ernstige en onherstelbare schade voor verzoeker — Afbreuk aan eigen belang van verzoeker — Afbreuk aan rechten van derden — Daarvan uitgesloten (Art. 278 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punt 50)

7.                     Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorwaarden voor toekenning — Afweging van alle betrokken belangen — Begrip (Art. 278 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 53‑54)

Voorwerp

Verzoek om voorlopige maatregelen, met name verzoek tot opschorting van de tenuitvoerlegging van uitvoeringsbesluit 2011/515/GBVB van de Raad van 23 augustus 2011 tot uitvoering van besluit 2011/273/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië (PB L 218, blz. 20), en van uitvoeringsverordening (EU) nr. 843/2011 van de Raad van 23 augustus 2011 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 442/2011 betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië (PB L 218, blz. 1) voor zover deze handelingen betrekking hebben op verzoeker

Dictum

1)

Het verzoek in kort geding wordt afgewezen.

2)

De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden.