Language of document :

Beroep ingesteld op 9 september 2011 - Frankrijk / Commissie

(Zaak T-479/11)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Franse Republiek (vertegenwoordigers: E. Belliard, G. de Bergues, B. Beaupère-Manokha en J. Gstalter, gemachtigden)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

de bestreden beschikking in haar geheel nietig verklaren;

de Commissie verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Met haar verzoekschrift verzoekt de verzoekende partij het Gerecht om nietigverklaring van beschikking C (2011) 4483 def. van de Europese Commissie van 29 juni 2011 betreffende de door Frankrijk aan de openbare industriële en commerciële instelling "Institut Français du Pétrole" verleende steunmaatregel nr. C 35/2008.

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster drie middelen aan.

Onjuiste rechtsopvatting, aangezien de Commissie niet rechtens genoegzaam heeft aangetoond dat er sprake is van staatssteun. Verzoekster is immers van mening dat de Commissie, voor haar conclusie dat er sprake is van staatssteun, de bewijsregels op het gebied van staatssteun niet heeft geëerbiedigd, zowel wat de bewijslast als wat het vereiste bewijsniveau betreft.

Feitelijke onjuistheden en onjuiste rechtsopvattingen, aangezien de Commissie heeft aangenomen dat er een impliciete onbeperkte waarborg ten gunste van het Institut Français du Pétrole bestond. Verzoekster betoogt dat:

uit het onderzoek van het Franse recht niet kan worden afgeleid dat er een beginsel van staatswaarborg voor de schulden van het Institut Français du Pétrole bestaat;

het feit dat de gemeenrechtelijke procedures inzake sanering en faillissement niet op het Institut Français du Pétrole van toepassing zijn, niet betekent dat de schuldeisers van een dergelijke instelling zich in een gunstigere situatie bevinden dan de schuldeisers van aan het handelsrecht onderworpen ondernemingen;

de mechanismen op grond waarvan de staat aansprakelijk kan worden gesteld, niet kunnen worden gelijkgesteld met een mechanisme van onbeperkte waarborg;

het eventuele behoud van bepaalde schuldvorderingen in verband met de openbaredienstverplichtingen van het Institut Français du Pétrole geen verband houdt met het statuut van deze instelling.

Schending van het begrip voordeel in de zin van artikel 107, lid 1, VWEU, aangezien:

de Commissie tot de onjuiste slotsom is gekomen dat het bestaan van een waarborg, gesteld al dat dit vaststaat, een voordeel ten gunste van het Institut Français du Pétrole zou inhouden, en

subsidiair, de Commissie het begrip voordeel heeft geschonden door te oordelen dat het voordeel dat het Institut Français du Pétrole vanwege zijn statutaire waarborg zou hebben genoten, aan zijn privaatrechtelijke dochterondernemingen Axens en Prosernat is overgedragen.

____________