Language of document :

Beroep ingesteld op 19 januari 2011 - Universal/Commissie

(Zaak T-42/11)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Universal Corp. (Richmond, Verenigde Staten) (vertegenwoordiger: C. R. A. Swaak, advocaat)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

de in de brieven van 12 en 30 november 2010 vervatte bestreden beschikking nietig verklaren; en/of

verklaren dat verzoekster niet aansprakelijk kan worden gesteld om een deel van of de volledige in casu opgelegde geldboete te betalen vóór een definitieve uitspraak in zaak T-12/06 Deltafina/Commissie of in een eventuele latere procedure; en

de Commissie verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Met haar beroep beoogt verzoekster, overeenkomstig artikel 263 VWEU, de nietigverklaring van de beschikking van de Commissie vervat in de brief van de Commissie aan Universal Corporation van 12 november 2010, en bevestigd door de brief van 30 november 2010, waarbij laatstgenoemde betaling wordt gelast van de hoofdelijk aan Universal Corporation en Deltafina S.p.A. opgelegde geldboete in zaak nr. COMP/C.38281/B.2 - Ruwe tabak Italië van 20 oktober 2005, na de herroeping van zaak T-34/06 Universal Corp./Commissie, maar vóór de beslechting van zaak T-12/06 Deltafina S.p.A./Commissie en een eventuele latere procedure.

Verzoekster baseert haar beroep op drie middelen.

Eerste middel: nietigheid van de bestreden beschikking;

De bestreden beschikking is nietig voor zover de geldboete volledig wordt gedekt door de door haar dochteronderneming Deltafina verschafte garantie. Verzoekster is slechts hoofdelijk aansprakelijk als volledige moedermaatschappij voor de betaling van de door de Commissie aan Deltafina opgelegde geldboete voor haar rechtstreekse deelname aan de inbreuk. De intrekking van het door verzoekster ingestelde beroep tot nietigverklaring is derhalve irrelevant voor de vraag wanneer de geldboete moet worden betaald.

Tweede middel: schending van het vertrouwensbeginsel;

De bestreden beschikking schendt het vertrouwensbeginsel met betrekking tot de geldigheid van de bankgarantie tot de beëindiging van de procedure in de zaak Deltafina. Doordat de Commissie een bankgarantie aanvaardde met betrekking tot het beroep tot nietigverklaring van Deltafina, deed zij de regelmatige verwachting ontstaan dat zij niet zou verzoeken om betaling van de geldboete vóór een definitieve uitspraak in zaak T-12/06. Voorts schond de Commissie het gewettigd vertrouwen van verzoekster in consistente behandeling door de Commissie van haar en Deltafina als één onderneming voor de aansprakelijkheid en de tenuitvoerlegging.

Derde middel: schending van de uit artikel 266 VWEU voortvloeiende verplichting tot behoorlijk bestuur;

−    De bestreden beschikking schendt de krachtens artikel 266 VWEU op de Commissie rustende verplichting tot behoorlijk bestuur, door voortijdige betaling te gelasten van de gemeenschappelijke geldboete hangende de uitkomst van de procedure in de zaak Deltafina. Indien Deltafina volledig of gedeeltelijk in het gelijk wordt gesteld, moet de Commissie het bedrag verminderen of annuleren waarvoor Universal hoofdelijk aansprakelijk is.

____________