Language of document : ECLI:EU:T:2015:519





Beschikking van het Gerecht (Achtste kamer) van 22 juni 2015 –
In vivo/Commissie

(Zaak T‑690/13)

„Beroep wegens nalaten – Weigering van OLAF om een extern onderzoek te starten – Standpuntbepaling – Verzoek om bevel – Niet rechtstreeks geraakt – Niet-ontvankelijkheid”

1.                     Beroep wegens nalaten – Hoedanigheid van verwerende partij – Europees Bureau voor Fraudebestrijding (OLAF) – Geen orgaan of instantie van de Unie – Verzuimen die het OLAF naar verluidt heeft begaan bij zijn onderzoekstaken – Beroep dat moet worden geacht tegen de Commissie te zijn gericht (Art. 265 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 44, lid 1; verordening nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad, art. 3; besluit 1999/352 van de Commissie) (cf. punten 14, 15)

2.                     Beroep wegens nalaten – Standpuntbepaling in de zin van artikel 265, tweede alinea, VWEU vóór instelling van het beroep – Niet-ontvankelijkheid (Art. 265, tweede alinea, VWEU) (cf. punten 17‑19)

3.                     Beroep wegens nalaten – Natuurlijke personen of rechtspersonen – Nalaten dat vatbaar is voor beroep – Nalaten van het Europees Bureau voor Fraudebestrijding (OLAF) om een extern onderzoek te openen – Geen handeling die vatbaar is voor beroep in de zin van artikel 263 VWEU – Niet-ontvankelijkheid (Art. 263 VWEU en 265 VWEU; verordening nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad, art. 3; besluit 1999/352 van de Commissie) (cf. punten 21‑25)

4.                     Beroep wegens nalaten – Bevoegdheid van de Unierechter – Bevel gericht tot instelling – Ontoelaatbaarheid (Art. 265 VWEU) (cf. punt 31)

Voorwerp

Beroep waarbij het Gerecht wordt verzocht de nalatigheid van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) vast te stellen, bestaande in de weigering om een extern onderzoek te starten, en OLAF te bevelen daar een eind aan te maken

Dictum

1)

Het beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard.

2)

In vivo OOO wordt verwezen in de kosten.