BESCHIKKING VAN DE PRESIDENT
VAN DE ACHTSTE KAMER VAN HET GERECHT
30 juni 2010 (1)
„Doorhaling”
In zaak T-361/09,
Centraal bureau voor de statistiek, gevestigd te Den Haag (Nederland), vertegenwoordigd door R. van den Tweel en M.-C. van Engelen, advocaten,
verzoekende partij,
tegen
Europese Commissie, vertegenwoordigd door A. Aresu en W. Roels als gemachtigden,
verwerende partij,
betreffende een verzoek tot nietigverklaring van beschikking ESTAT/E 1/ME/ykl/eb D (2009) 10188 van de Commissie van 7 juli 2009, inzake de terugbetaling van het eindbedrag van de communautaire bijdrage aan de door de Nederlandse autoriteiten gemaakte kosten in het kader van de uitvoering, overeenkomstig verordening (EEG) nr. 571/88 van de Raad van 29 februari 1988 (PB L 56, blz. 1), van de enquête 2005 inzake de structuur van de landbouwbedrijven op het Nederlandse grondgebied.
1 Bij op 1 juni 2010 ter griffie van het Gerecht neergelegde brief heeft de verzoekende partij het Gerecht laten weten dat de partijen tot een minnelijke schikking zijn gekomen en dat zij, overeenkomstig artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering, afstand doet van instantie.
2 Bij op 15 juni 2010 ter griffie van het Gerecht neergelegde brief heeft de verwerende partij laten weten dat zij instemt met de afstand van instantie en dat, overeenkomstig het akkoord tussen de partijen, elk der partijen haar eigen kosten zal dragen.
3 Volgens artikel 87, lid 5, tweede alinea, van het Reglement voor de procesvoering wordt in geval van afstand van instantie, wanneer partijen ten aanzien van de proceskosten tot een akkoord zijn gekomen, overeenkomstig dit akkoord beslist.
4 Derhalve dient de zaak te worden doorgehaald in het register en dient ten aanzien van de proceskosten te worden beslist overeenkomstig het akkoord tussen partijen.
DE PRESIDENT VAN DE ACHTSTE KAMER VAN HET GERECHT
beschikt:
1) Zaak T-361/09 wordt doorgehaald in het register van het Gerecht.
2) Elk der partijen draagt haar eigen proceskosten.
Luxemburg, 30 juni 2010.
De griffier | | De president van de Achtste kamer |
E. Coulon | | M. E. Martins Ribeiro |