Language of document :

Beroep ingesteld op 22 juli 2009 - Evropaïki Dynamiki / EASA

(Zaak T-297/09)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Evropaïki Dynamiki - Proigmena Systimata Tilepikoinonion Pliroforikis kai Tilematikis AE (Athene, Griekenland) (vertegenwoordigers: N. Korogiannakis en M. Dermitzakis, advocaten)

Verwerende partij: Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart

Conclusies

nietig verklaren de besluiten van EASA om de offertes die verzoekster had ingediend in het kader van openbare aanbesteding EASA.2009.OP.02, perceel 1, perceel 2, perceel 3 en perceel 5, voor ICT-diensten (PB 2009/S 22-030588), te kiezen als tweede en derde contractant in het cascademechanisme, die verzoekster zijn meegedeeld bij vier afzonderlijke brieven van 12 mei 2009, 8 juli 2009, 13 juli 2009 en 15 juli 2009, en alle verdere daarmee verband houdende besluiten van EASA, waaronder het besluit tot gunning van de opdracht aan de gekozen inschrijvers;

EASA veroordelen tot vergoeding van de door verzoekster in de aanbestedingsprocedure geleden schade van 6 100 000 EUR;

EASA verwijzen in de kosten van de procedure, zelfs als het beroep wordt verworpen.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoekster vordert nietigverklaring van verweerders besluit om haar in het kader van een openbare aanbesteding voor ICT-diensten (EASA.2009.OP.02) ingediende offertes te kiezen als tweede en derde contractant in het cascademechanisme, en de opdracht aan de gekozen inschrijvers te gunnen. Verder vordert verzoekster vergoeding van de schade die zij door de aanbestedingsprocedure stelt te hebben geleden.

Ter onderbouwing van haar vordering voert verzoekster de volgende middelen aan.

In de eerste plaats stelt verzoekster dat verweerder het beginsel van behoorlijk bestuur en het gelijkheidsbeginsel heeft geschonden door geen toepassing te maken van de uitsluitingscriteria van de artikelen 93, lid 1, en 94 van het Financieel Reglement1, nu een van de leden van het winnende consortium niet van de aanbesteding is uitgesloten hoewel hij door nationale autoriteiten wordt beschuldigd van en zelfs erkent zich in de context van door overheidsinstanties in de Europese Unie en op internationaal vlak gegunde opdrachten schuldig te hebben gemaakt aan illegale activiteiten, meer bepaald fraude, corruptie en omkoperij, en aan vervalsing van zijn boekhouding, en een andere winnende inschrijver zijn contractuele verplichtingen tegenover de Europese Commissie ernstig heeft verzuimd. Daardoor heeft verweerder ook de artikelen 133bis en 134 van de uitvoeringsvoorschriften2 en artikel 45 van richtlijn 2004/18/EG3 geschonden.

Verzoekster stelt verder professioneel wangedrag van verweerder, die het gevolg is van het potentiële gebruik van onderaannemers uit landen die geen lid zijn van de WTO/GPA door een van de gekozen inschrijvers.

In de tweede plaats stelt verzoekster dat verweerder kennelijke beoordelingsfouten heeft gemaakt, en dat hij in strijd met het Financieel Reglement en de voorschriften tot uitvoering daarvan en met richtlijn 2004/18/EG en artikel 253 EG zijn besluit niet heeft gemotiveerd. Verweerder heeft ook het gelijkheidsbeginsel geschonden nu een van de winnende inschrijvers niet voldeed aan de specificaties in de aanbesteding.

____________

1 - Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248, blz. 1).

2 - Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 357, blz. 1).

3 - Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten (PB L 134, blz. 114).