Language of document :

Beroep ingesteld op 21 november 2023 – OT / Raad

(Zaak T-1095/23)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: OT (vertegenwoordigers: J.-P. Hordies en P. Blanchetier, advocaten)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie

Conclusies

Verzoeker verzoekt het Gerecht:

besluit (GBVB) 2023/1767 van de Raad van 13 september 2023 tot wijziging van besluit 2014/145/GBVB betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2023, L 226, blz. 104), nietig te verklaren voor zover het verzoeker betreft;

uitvoeringsverordening (EU) 2023/1765 van de Raad van 13 september 2023 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 269/2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2023, L 226, blz. 3) nietig te verklaren voor zover zij verzoeker betreft;

bijgevolg de Raad te gelasten verzoekers naam te verwijderen uit de bijlagen bij uitvoeringsverordening (EU) 2023/1765 van de Raad van 13 september 2023 en bij besluit (GBVB) 2023/1767 van de Raad van 14 september 2023 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen;

de Raad te verwijzen in de kosten van de procedure, daaronder begrepen die van verzoeker.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van zijn beroep voert verzoeker drie middelen aan.

Op grond van deze vaststellingen kan verzoeker een eerste middel aanvoeren waaruit de beoordelingsfout van de Raad blijkt.

Met zijn tweede middel betoogt verzoeker dat de maatregelen die tegen hem zijn genomen, namelijk volledige bevriezing van al zijn tegoeden en een verbod om op het grondgebied van de Europese Unie te reizen, volstrekt onevenredig zijn, hoewel hij geen banden heeft met de Russische autoriteiten en vooral geen enkele macht heeft om druk uit te oefenen op de Russische beleidsmakers, wat nochtans het doel van de Raad is om de betrokken beperkende maatregelen te rechtvaardigen.

Ten slotte laakt verzoeker met zijn derde middel, namelijk schending van zijn rechten van verdediging en van het recht op effectieve rechterlijke bescherming, het gebrek aan evenwicht dat hij zowel in de administratieve procedure voor de Raad tot heronderzoek van zijn situatie als in de procedure voor het Gerecht van de Unie moet ondergaan, op grond dat de Raad essentiële documenten achterhoudt zonder deze mee te delen, niet antwoordt op verzoekers argumenten, geen rekening houdt met zijn argumenten en de door hem overgelegde documenten en nalaat periodieke halfjaarlijkse evaluaties te verrichten. Naast deze grieven was er een gebrek aan deugdelijk en verifieerbaar bewijs en het weinig overtuigende karakter van de dossiers en documenten die zijn overgelegd als grondslag voor de besluiten om verzoeker op de bestreden lijst te handhaven.

____________