Language of document :

Arrest van het Gerecht van 15 juli 2015 – HIT Groep/Commissie

(Zaak T-436/10)1

(„Mededinging – Mededingingsregelingen – Europese markt van spanstaal – Vaststelling van de prijzen, marktverdeling en uitwisseling van commercieel gevoelige informatie – Besluit waarbij een inbreuk op artikel 101 VWEU wordt vastgesteld – Regels inzake de toerekenbaarheid van mededingingsverstorende gedragingen van een dochteronderneming aan haar moedermaatschappij – Vermoeden van de daadwerkelijke uitoefening van beslissende invloed – Redelijke termijn”)

Procestaal: Nederlands

Partijen

Verzoekende partij: HIT Groep BV (Haarlem, Nederland) (vertegenwoordigers: aanvankelijk G. van der Wal, G. Oosterhuis en H. Albers, vervolgens G. van der Wal en G. Oosterhuis, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: P. Van Nuffel, S. Noë en V. Bottka, gemachtigden)

Voorwerp

Verzoek om nietigverklaring van besluit C(2010) 4387 definitief van de Commissie van 30 juni 2010 inzake een procedure op grond van artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst (zaak COMP/38344 – Spanstaal), gewijzigd bij besluit C(2010) 6676 definitief van de Commissie van 30 september 2010 en bij besluit C(2011) 2269 definitief van de Commissie van 4 april 2011

Dictum

Het beroep wordt verworpen.

HIT Groep BV zal haar eigen kosten en die van de Europese Commissie dragen.

____________

1     PB C 317 van 20.11.2010.