Arrest van het Gerecht (Derde kamer) van 12 december 2012 – Almamet/Commissie
(Zaak T‑410/09)
„Mededinging – Mededingingsregelingen – Markt voor calciumcarbide en magnesium voor staal‑ en gasindustrie in de EER, met uitzondering van Ierland, Spanje, Portugal en Verenigd Koninkrijk – Beschikking tot vaststelling van inbreuk op artikel 81 EG – Prijsvaststelling en marktverdeling – Rechten van verdediging – Bevoegdheden van de Commissie op gebied van inspectie – Eén enkele voortdurende inbreuk – Geldboeten – Medewerking tijdens administratieve procedure – Evenredigheid – Richtsnoeren van 2006 voor berekening van geldboeten”
1. Mededinging – Administratieve procedure – Eerbiediging van rechten van verdediging – Mogelijkheid voor betrokken onderneming om deze rechten ten volle benutten pas na toezending van mededeling van punten van bezwaar (Art. 81 EG; verordening nr. 1/2003 van de Raad) (cf. punten 21‑25)
2. Mededinging – Administratieve procedure – Inspectiebevoegdheid van de Commissie – Besluit waarbij inspectie wordt gelast – Motiveringsplicht – Omvang – Gebruik van documenten die in bedrijfsruimten in beslag zijn genomen buiten werkingssfeer van inspectiebesluit om – Documenten waardoor aanvankelijk onderzoek van de Commissie kon worden uitgebreid – Rechten van verdediging van andere ondernemingen waarop onderzoek betrekking heeft, maar die niet door inspectiebesluit worden geraakt – Omvang (Art. 81 EG; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 20, lid 4) (cf. punten 28‑31, 34‑36, 59)
3. Mededinging – Administratieve procedure – Beschikking van de Commissie waarbij inbreuk wordt vastgesteld – Bewijzen die in aanmerking kunnen worden genomen – Gebruik van documenten die in bedrijfsruimten in beslag zijn genomen buiten werkingssfeer van inspectiebesluit van de Commissie om – Toelaatbaarheid – Voorwaarden (Art. 81 EG; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 20) (cf. punten 39‑43, 55, 56, 74‑77)
4. Recht van de Europese Unie – Beginselen – Grondrechten – Vermoeden van onschuld – Mededingingsprocedure – Toepasselijkheid – Vereiste mate van bewijskracht van door de Commissie in aanmerking genomen bewijselementen (Art. 6, lid 2, EVRM; art. 81 EG; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 48, lid 1) (cf. punten 89‑92, 103)
5. Mededinging – Administratieve procedure – Beschikking van de Commissie waarbij inbreuk wordt vastgesteld – Gebruik als bewijs van verklaringen van andere ondernemingen die aan inbreuk hebben deelgenomen – Toelaatbaarheid – Bewijskracht van verklaringen die vrijwillig zijn afgelegd door voornaamste kartelleden teneinde in aanmerking te komen voor toepassing van mededeling inzake medewerking (Art. 81 EG; mededeling 2002/C 45/03 van de Commissie) (cf. punten 93‑96, 134)
6. Mededingingsregelingen – Overeenkomsten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen, die één enkele inbreuk vormen – Begrip – Ondernemingen waaraan inbreuk bestaande in deelneming aan gehele mededingingsregeling ten laste kan worden gelegd – Criteria – Inbreuk die op verschillende producten betrekking heeft – Noodzaak van gelijkheid of vervangbaarheid van betrokken producten – Geen (Art. 81, lid 1, EG) (cf. punten 152‑155, 169‑175, 178)
7. Mededinging – Geldboeten – Bedrag – Vaststelling – Criteria – Vermindering van bedrag van geldboete in ruil voor medewerking van betrokken onderneming – Voorwaarden – Aanzienlijke toegevoegde waarde van door betrokken onderneming verstrekte bewijselementen – Beoordeling (Art. 81 EG; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 23, leden 2 en 3; mededeling 2002/C 45/03 van de Commissie) (cf. punten 184, 185, 187, 207)
8. Mededinging – Geldboeten – Bedrag – Vaststelling – Maximumbedrag – Berekening – Omzet die in aanmerking moet worden genomen – Omzet van boekjaar dat voorafgaat aan datum waarop geldboete wordt opgelegd – Gebruik van omzet van ander voorafgaand boekjaar – Toelaatbaarheid – Voorwaarden (Art. 81 EG; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 23, lid 2; mededeling 2006/C 210/02 van de Commissie, punt 32) (cf. punten 210‑216)
9. Mededinging – Geldboeten – Bedrag – Vaststelling – Maximumbedrag – Berekening – Omzet die in aanmerking moet worden genomen – Totale omzet van betrokken onderneming – Beperking – Eerbiediging van evenredigheidsbeginsel (Art. 81 EG; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 23, lid 2; mededeling 2006/C 210/02 van de Commissie, punten 32 en 37) (cf. punten 225‑234)
10. Mededinging – Geldboeten – Bedrag – Vaststelling – Maximumbedrag – Berekening – Onderscheid tussen eindbedrag en tussenbedrag van geldboete – Gevolgen (Art. 81 EG; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 23, lid 2) (cf. punten 240, 244, 245)
11. Mededinging – Geldboeten – Bedrag – Vaststelling – Maximumbedrag – Berekening – Omzet die in aanmerking moet worden genomen – Verplichting om uitsluitend te verwijzen naar geaudite omzet – Geen (Art. 81 EG; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 23, lid 2; mededeling 2006/C 210/02 van de Commissie, punt 32) (cf. punten 250‑253)
12. Mededinging – Geldboeten – Bedrag – Vaststelling – Criteria – Verplichting om rekening te houden met verliesgevende financiële toestand van betrokken onderneming – Geen – Vaststelling van zodanig hoge geldboete dat faillissement of vereffening van betrokken onderneming eruit voortvloeit – Geen principieel verbod (Art. 81 EG; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 23, leden 2 en 3) (cf. punten 266‑269)
Voorwerp
| Verzoek tot nietigverklaring van beschikking C(2009) 5791 def. van de Commissie van 22 juli 2009 inzake een procedure op grond van artikel 81 [EG] en artikel 53 van de EER-Overeenkomst (zaak COMP/39.396 – Reagentia op basis van calciumcarbide en magnesium voor de staal‑ en gasindustrie), voor zover zij verzoekster betreft, en subsidiair verzoek tot verlaging van de bij die beschikking aan verzoekster opgelegde geldboete |
Dictum
1) | | Het beroep wordt verworpen. |
2) | | Almamet GmbH Handel mit Spänen und Pulvern aus Metall draagt haar eigen kosten en die van de Europese Commissie. |