Language of document :

Beroep ingesteld op 3 oktober 2013 – Litouwen / Commissie

(Zaak T-533/13)

Procestaal: Litouws

Partijen

Verzoekende partij: Republiek Litouwen (vertegenwoordigers: D. Kriaučiūnas, R. Krasuckaitė en A. Karbauskas)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

artikel 1, lid 4, van uitvoeringsbesluit C(2013) 4487 final van de Commissie van 19 juli 2013, waarbij Litouwen toestemming wordt gegeven om in 2013 nationale overgangssteun te verlenen, nietig te verklaren (hierna: “bestreden besluit”);

de Europese Commissie te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij vier middelen aan.

Schending van artikel 39 VWEU, gelezen in samenhang met artikel 40, lid 2, eerste alinea, VWEU, en van het discriminatieverbod

Door artikel 1, lid 4, van het bestreden besluit vast te stellen, heeft de Commissie inbreuk gemaakt op artikel 39 VWEU, gelezen in combinatie met artikel 40, lid 2, eerste alinea, VWEU, omdat zij zich niet gehouden heeft aan de in het VWEU (met name in artikel 39, lid 1, sub b, VWEU) omschreven doelstellingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en evenmin de criteria van dit beleid in acht heeft genomen, en heeft zij eveneens het discriminatieverbod geschonden.

Schending van verordening nr. 73/2009

Door zonder rechtsgrondslag artikel 1, lid 4, van het bestreden besluit vast te stellen, heeft de Commissie verordening nr. 73/20091 geschonden, aangezien zij artikel 10 bis, lid 4, ervan niet correct heeft toegepast.

Kennelijke beoordelingsfout van de Commissie

De Commissie heeft bij de vaststelling van artikel 1, lid 4, van het bestreden besluit een beoordelingsfout gemaakt, aangezien zij het niveau van de directe betalingen van de oude en de nieuwe lidstaten in 2012 onjuist heeft geëvalueerd en de berekening van de toegekende nationale overgangssteun op deze onjuiste evaluatie heeft gebaseerd.

Schending van het beginsel van behoorlijk bestuur

De Commissie heeft bij de vaststelling van artikel 1, lid 4, van het bestreden besluit het beginsel van behoorlijk bestuur geschonden, aangezien zij niet heeft voldaan aan haar verplichting om de door de Republiek Litouwen verstrekte nieuwe informatie met betrekking tot het niveau van de directe betalingen in de lidstaten als basis te gebruiken, en het reële belang van de directe betalingen voor de Litouwse landbouwbedrijven niet heeft onderzocht.

____________

1 Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad van 19 januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, tot wijziging van verordeningen (EG) nr. 1290/2005, (EG) nr. 247/2006, (EG) nr. 378/2007 en tot intrekking van verordening (EG) nr. 1782/2003.