Language of document : ECLI:EU:T:2012:704





Beschikking van het Gerecht (Achtste kamer) van 18 december 2012 – Duitsland/Commissie

(Zaak T‑205/11)

„Beroep tot nietigverklaring – Staatssteun – Beroepstermijn – Tardiviteit – Niet-ontvankelijkheid”

1.                     Beroep tot nietigverklaring – Termijnen – Aanvang – Datum van bekendmaking of kennisgeving – Datum van kennisneming van handeling – Te laat ingesteld beroep – Betwisting over aanvangsdatum van termijn – Bewijslast rustende op verzoeker (Art. 263, zesde alinea, VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 101 en 102, lid 2) (cf. punten 13, 14, 19, 49, 51, 52)

2.                     Beroep tot nietigverklaring – Termijnen – Aanvang – Datum van kennisgeving van besluit – Besluit van de Commissie inzake staatssteun waarbij formele onderzoeksprocedure wordt afgesloten – Neerlegging van besluit bij permanente vertegenwoordiging van betrokken lidstaat – Ontvangstbevestiging in de vorm van stempel op brief waarbij besluit is toegezonden – Stempel zonder handtekening of paraaf – Regelmatige kennisgeving die beroepstermijn doet ingaan – Geen verplichting voor de Commissie om te controleren of persoon die post ontvangt, daartoe gemachtigd is – Interne organisatieregels van permanente vertegenwoordiging niet relevant (Art. 263, zesde alinea, VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 102, lid 2; verordening nr. 659/1999, art. 7) (cf. punten 15, 25, 32‑48)

Voorwerp

Beroep tot nietigverklaring van besluit 2011/527/EU van de Commissie van 26 januari 2011 betreffende de steunmaatregel van Duitsland C 7/10 (ex CP 250/09 en NN 5/10) „KStG, Sanierungsklausel” (PB L 235, blz. 26)

Dictum

1)

Het beroep wordt verworpen.

2)

De Bondsrepubliek Duitsland wordt verwezen in de kosten.