Language of document :

Hogere voorziening ingesteld op 7 oktober 2009 door Luigi Marcuccio tegen de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 20 juli 2009 in zaak F-86/07, Marcuccio / Commissie

(Zaak T-402/09 P)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Rekwirant: Luigi Marcuccio (Tricase, Italië) (vertegenwoordiger: G. Cipressa, advocaat)

Andere partij in de procedure: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

in elk geval, volledige vernietiging van de bestreden beschikking;

vaststelling dat het beroep in eerste aanleg waarin de bestreden beschikking is gegeven volledig ontvankelijk was;

primair, volledige toewijzing van het verzoek dat in rekwirants verzoekschrift in eerste aanleg is opgenomen;

veroordeling van de verwerende partij tot betaling van alle kosten die verzoeker voor de procedure in eerste aanleg en voor deze hogere voorziening heeft gemaakt;

subsidiair, terugverwijzing van de zaak naar het Gerecht voor ambtenarenzaken in een andere samenstelling voor een nieuwe uitspraak over de zaak ten gronde.

Middelen en voornaamste argumenten

Deze hogere voorziening is gericht tegen de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 20 juli 2009 in zaak F-86/07. Bij deze beschikking is een beroep, strekkende tot nietigverklaring van het besluit van de Commissie houdende afwijzing van rekwirants verzoek om een onderzoek in te stellen naar het psychisch geweld waarvan hij het slachtoffer zou zijn geweest gedurende de periode waarin hij bij de delegatie van de Commissie in Angola was tewerkgesteld alsmede tot veroordeling van de verwerende partij tot vergoeding van de schade die door dat psychisch geweld was ontstaan, deels kennelijk niet-ontvankelijk en deels kennelijk rechtens ongegrond verklaard.

Tot staving van zijn vorderingen voert rekwirant de volgende middelen aan:

onjuiste uitlegging en toepassing van het begrip onderzoek in de zin van artikel 17, lid 2, van de verzekering van ambtenaren van de Europese Gemeenschappen tegen ongevallen en beroepsziekten en van het begrip onderzoek om vast te stellen of de ambtenaar van een instelling slachtoffer is geweest van psychisch geweld;

onjuiste rechtsopvatting, daar het verzoek om nietigverklaring van de afwijzing van het verzoek om een onderzoek niet-ontvankelijk is verklaard, met name daar het begrip ontbreken van het voorwerp van dat verzoek onjuist is uitgelegd;

onjuiste rechtsopvatting, daar het verzoek om nietigverklaring van het verslag van het IDOC niet-ontvankelijk is verklaard, met name wegens het volledig ontbreken van motivering, omdat geen uitspraak is gedaan over een fundamenteel punt van het geding en omdat het begrip voorbereidende handeling in casu verkeerd is toegepast;

onjuiste uitlegging van het begrip psychisch geweld alsmede van de verplichting om het psychisch geweld waarvan de betrokkene slachtoffer is geweest aan te tonen;

volledig ontbreken van motivering van de verklaringen die de afwijzing van de vordering tot schadevergoeding zouden onderbouwen.

____________