Language of document : ECLI:EU:C:2017:356

Zaak C562/14 P

Koninkrijk Zweden

tegen

Europese Commissie

„Hogere voorziening – Recht van toegang van het publiek tot documenten –Verordening (EG) nr. 1049/2001 – Artikel 4, lid 2, derde streepje – Uitzonderingen op het recht van toegang tot documenten – Onjuiste uitlegging –Bescherming van de doelstellingen van inspecties, onderzoeken en audits – Hoger openbaar belang dat openbaarmaking van documenten gebiedt –Algemeen vermoeden van vertrouwelijkheid – Documenten betreffende een EU-Pilot-procedure”

Samenvatting – Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 11 mei 2017

1.        Beroep wegens niet-nakoming – Recht van beroep van de Commissie – Invoering van het EU-Pilot-mechanisme om eventuele inbreuken op het Unierecht op te sporen – Doel

(Art. 258 VWEU)

2.        Instellingen van de Europese Unie – Recht van toegang van het publiek tot documenten – Verordening nr. 1049/2001 – Uitzonderingen op het recht van toegang tot documenten – Bescherming van de doelstellingen van inspecties, onderzoeken en audits – Toepassing op documenten betreffende een EU-Pilot-procedure – Algemeen vermoeden dat de uitzondering op het recht van toegang van toepassing is – Toelaatbaarheid

(Art. 258 VWEU; verordening nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad, art. 4, lid 2, derde streepje)

3.        Instellingen van de Europese Unie – Recht van toegang van het publiek tot documenten – Verordening nr. 1049/2001 – Uitzonderingen op het recht van toegang tot documenten – Bescherming van de doelstellingen van inspecties, onderzoeken en audits – Hoger openbaar belang dat openbaarmaking van documenten gebiedt – Begrip – Bewijslast

(Verordening nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad, art. 4, lid 2)

4.        Beroep tot nietigverklaring – Wettigheidscontrole – Criteria – Inaanmerkingneming van uitsluitend de feiten en de rechtstoestand die bestonden op de datum van vaststelling van de litigieuze handeling

(Art. 263 VWEU)

1.      De EU-Pilot-procedure is een procedure van samenwerking tussen de Commissie en de lidstaten aan de hand waarvan kan worden nagegaan of het Unierecht binnen de lidstaten wordt nageleefd en correct wordt toegepast. Dit soort procedure heeft tot doel, eventuele inbreuken op het Unierecht op doeltreffende wijze op te lossen en, waar mogelijk, te vermijden dat formeel een niet-nakomingsprocedure krachtens artikel 258 VWEU wordt ingesteld.

De EU-Pilot-procedure strekt dus tot voorbereiding of voorkoming van een niet-nakomingsprocedure tegen een lidstaat. Via de EU-Pilot-procedure wordt louter een kader geboden voor de informatie-uitwisselingen die traditioneel tussen de Commissie en de lidstaten plaatsvinden tijdens de informele fase van het onderzoek naar mogelijke schendingen van het Unierecht.

(zie punten 38, 39, 43)

2.      Zolang in de precontentieuze fase van een in het kader van een EU-Pilot-procedure verricht onderzoek het gevaar bestaat dat de aard van de niet-nakomingsprocedure wordt aangetast, het verloop ervan wordt gewijzigd en het doel van die procedure wordt ondermijnd, is het gerechtvaardigd om voor de documenten die tussen de Commissie en de betrokken lidstaat worden overgelegd, het algemene vermoeden van vertrouwelijkheid te hanteren. Dit gevaar bestaat tot het tijdstip waarop de EU-Pilot-procedure wordt beëindigd en definitief wordt afgezien van de mogelijkheid om tegen de lidstaat een formele niet-nakomingsprocedure in te leiden. Bijgevolg kan de Commissie – wanneer zij zich beroept op de uitzondering betreffende de onderzoeksprocedures die in artikel 4, lid 2, derde streepje, van verordening nr. 1049/2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie is vastgesteld – zich op een voor bepaalde categorieën geldend algemeen vermoeden van vertrouwelijkheid baseren om toegang te weigeren tot documenten betreffende een EU-pilot-procedure, zonder dat zij de documenten waarvoor om toegang wordt verzocht, concreet en afzonderlijk hoeft te onderzoeken.

(zie punten 45, 51)

3.      Zie de tekst van de beslissing.

(zie punt 56)

4.      Zie de tekst van de beslissing.

(zie punt 63)