Language of document :

Arrest van het Hof (Grote kamer) van 26 februari 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Baden-Württemberg - Duitsland) – Martin Wächtler / Finanzamt Konstanz

(Zaak C-581/17)1

(Prejudiciële verwijzing – Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat over het vrije verkeer van personen – Overbrenging van de woonplaats van een natuurlijke persoon van een lidstaat naar Zwitserland – Belasting over de latente meerwaarden op de aandelen van een vennootschap – Directe belastingen – Vrij verkeer van zelfstandigen – Gelijke behandeling)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Finanzgericht Baden-Württemberg

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Martin Wächtler

Verwerende partij: Finanzamt Konstanz

Dictum

De bepalingen van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds, over het vrije verkeer van personen, ondertekend te Luxemburg op 21 juni 1999, moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich verzetten tegen een belastingregeling van een lidstaat die, in een situatie waarin een onderdaan van een lidstaat, een natuurlijke persoon die een economische activiteit uitoefent op het grondgebied van de Zwitserse Bondsstaat, zijn woonplaats overbrengt van de lidstaat van de betrokken belastingregeling naar Zwitserland, voorziet in de inning, op het tijdstip van die overdracht, van de belasting die is verschuldigd over de latente meerwaarden op aandelen die in het bezit van die onderdaan zijn, terwijl de belasting, indien de woonplaats in diezelfde lidstaat wordt behouden, eerst wordt geïnd op het tijdstip waarop die meerwaarden zijn gerealiseerd, te weten bij de overdracht van de betrokken aandelen.

____________

1 PB C 13 van 15.1.2018.