Arrest van het Gerecht (Vierde kamer) van 11 juni 2014 – Golam/BHIM – meta Fackler Arzneimittel (METABIOMAX)
(Zaak T‑281/13)
„Gemeenschapsmerk – Oppositieprocedure – Aanvraag voor gemeenschapswoordmerk METABIOMAX – Ouder nationaal woordmerk metabiarex – Relatieve weigeringsgrond – Verwarringsgevaar – Artikel 8, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 207/2009”
1. Gemeenschapsmerk – Procedurevoorschriften – Motivering van de beslissingen – Artikel 75, eerste volzin, van verordening nr. 207/2009 – Zelfde draagwijdte als artikel 296 VWEU (Art. 296, tweede alinea, VWEU; verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 75, eerste volzin) (cf. punten 18, 19)
2. Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van het gemeenschapsmerk – Relatieve weigeringsgronden – Oppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten – Gevaar voor verwarring met het oudere merk – Beoordelingscriteria (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 8, lid 1, sub b) (cf. punten 28, 29, 56, 57)
3. Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van het gemeenschapsmerk – Relatieve weigeringsgronden – Oppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten – Gevaar voor verwarring met het oudere merk – Woordmerken METABIOMAX en metabiarex (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 8, lid 1, sub b) (cf. punten 30‑32, 52‑54, 58‑60)
Voorwerp
| Beroep tegen de beslissing van de tweede kamer van beroep van het BHIM van 14 maart 2013 (zaak R 2022/2011‑2) inzake een oppositieprocedure tussen meta Fackler Arzneimittel GmbH en Sofia Golam |
Dictum
1) | | Het beroep wordt verworpen. |
2) | | Sofia Golam wordt verwezen in de kosten. |