Language of document :

Beroep ingesteld op 4 december 2023 – WS/EUIPO

(Zaak T-1138/23)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: WS (vertegenwoordiger: H. Tettenborn, advocaat)

Verwerende partij: Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

het besluit van EUIPO tot afwijzing van de verzoeken om vergoeding van materiële en immateriële schade die verzoekende partij heeft ingediend bij brief van 25 juli 2023, nietig te verklaren;

EUIPO te veroordelen om verzoekende partij een vrijelijk door het Gerecht vast te stellen bedrag te betalen – dat naar haar mening ten minstens 500 000 EUR dient te belopen – als passende vergoeding van de morele, materiële en immateriële schade die zij heeft geleden ten gevolge van de diverse in dit beroep aangevoerde inbreuken op de rechten die zij ontleent aan de EUVG1 , alsmede ten gevolge van het besluit van EUIPO tot afwijzing van de verzoeken die zij bij haar brief van 25 juli 2023 heeft ingediend;

EUIPO te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekende partij negen middelen aan.

Eerste middel: EUIPO schendt artikel 26, lid 1, en artikel 14, lid 5, EUVG door na te laten alle nodige maatregelen te nemen om te waarborgen en te kunnen aantonen dat de verwerking van gegevens in overeenstemming met die verordening wordt uitgevoerd.

Tweede middel: EUIPO schendt artikel 14, leden 2, 4 en 5, EUVG door na te laten de uitoefening van de rechten van de betrokkene krachtens de artikelen 17 tot en met 24 EUVG te vergemakkelijken.

Derde middel: EUIPO schendt artikel 17, leden 1 en 3, en artikel 4, lid 2, EUVG door na te laten enig logbestand te verstrekken.

Vierde middel: EUIPO schendt artikel 4, leden 1 en 2, EUVG.

Vijfde middel: EUIPO schendt de artikelen 20 en 23 EUVG door na te laten het recht van verzoekende partij op beperking van de verwerking en haar recht van bezwaar te handhaven.

Zesde middel: EUIPO schendt artikel 65 en artikel 4, lid 1, onder f) en d), en lid 2, EUVG door na te laten het recht van verzoekende partij op schadevergoeding te eerbiedigen.

Zevende middel: EUIPO schendt artikel 33 EUVG door na te laten te zorgen voor de beveiliging van zijn verwerkingsactiviteiten.

Achtste middel: EUIPO schendt artikel 34, lid 1, en artikel 35, lid 1, EUVG door na te laten de door verzoekende partij gesignaleerde inbreuken in verband met persoonsgegevens aan de EDPS te melden.

Negende middel: EUIPO schendt artikel 39, lid 1, EUVG door na te laten een passende gegevensbeschermingseffectbeoordeling te verrichten.

____________

1 Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van verordening (EG) nr. 45/2001 en besluit nr. 1247/2002/EG (PB 2018 L 295, blz. 39).