Language of document : ECLI:EU:T:2014:672





Arrest van het Gerecht (Vierde kamer) van 16 juli 2014 –Endoceutics/BHIM – Merck (FEMIVIA)

(Zaak T‑324/13)

„Gemeenschapsmerk – Oppositieprocedure – Aanvraag voor gemeenschapswoordmerk FEMIVIA – Ouder gemeenschapswoordmerk FEMIBION – Internationale inschrijving met aanduiding van de Europese Gemeenschap, van het oudere beeldmerk femibion – Relatieve weigeringsgrond – Verwarringsgevaar – Artikel 8, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 207/2009”

1.                     Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van het gemeenschapsmerk – Relatieve weigeringsgronden – Oppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten – Gevaar voor verwarring met het oudere merk – Beoordelingscriteria (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 8, lid 1, sub b) (cf. punten 19‑22, 29)

2.                     Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van het gemeenschapsmerk – Relatieve weigeringsgronden – Oppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten – Gevaar voor verwarring met het oudere merk – Woordmerk FEMIVIA en beeldmerk femibion (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 8, lid 1, sub b) (cf. punten 26‑28, 45‑49)

Voorwerp

Beroep tegen de beslissing van de vierde kamer van beroep van het BHIM van 15 april 2013 (zaak R 1021/2012‑4) inzake een oppositieprocedure tussen Merck KGaA en Endoceutics, Inc.

Dictum

1)

Het beroep wordt verworpen.

2)

Endoceutics, Inc. wordt verwezen in de kosten.