Language of document :

Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 13 oktober 2022 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundesfinanzgericht - Oostenrijk) – DN / Finanzamt Österreich

(Zaak C-199/21)1

[„Prejudiciële verwijzing – Sociale zekerheid – Verordening (EG) nr. 883/2004 – Artikelen 67 en 68 – Gezinsbijslagen – Recht op pensioenuitkeringen – Gepensioneerde die van twee lidstaten pensioen ontvangt – Lidsta(a)t(en) waar die gepensioneerde recht heeft op gezinsbijslag – Verordening (EG) nr. 987/2009 – Artikel 60, lid 1, derde volzin – Regeling van een lidstaat op grond waarvan gezinsbijslag wordt toegekend aan de ouder bij wie het kind woont – Situatie waarin die ouder geen gezinsbijslag heeft aangevraagd – Verplichting om rekening te houden met de aanvraag die door de andere ouder is ingediend – Vordering tot terugbetaling van de aan de andere ouder uitgekeerde gezinsbijslag – Toelaatbaarheid”]

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Bundesfinanzgericht

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: DN

Verwerende partij: Finanzamt Österreich

Dictum

Artikel 67, tweede volzin, van verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels

moet aldus worden uitgelegd dat:

een persoon die in twee lidstaten een pensioen ontvangt, recht heeft op gezinsbijslag overeenkomstig de wetgeving van die twee lidstaten. Wanneer de ontvangst van die bijslag in een van die lidstaten krachtens de nationale wetgeving is uitgesloten, gelden de in artikel 68, leden 1 en 2, van deze verordening bedoelde prioriteitsregels niet.

Artikel 60, lid 1, derde volzin, van verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot vaststelling van de wijze van toepassing van verordening nr. 883/2004

moet aldus worden uitgelegd dat:

het in de weg staat aan een nationale regeling volgens welke gezinsuitkeringen kunnen worden teruggevorderd die, omdat de ouder die krachtens die regeling gerechtigd is om gezinsuitkeringen aan te vragen dit recht niet heeft uitgeoefend, zijn toegekend aan de andere ouder, wiens aanvraag door het bevoegde orgaan overeenkomstig deze bepaling in aanmerking is genomen en die alle financiële kosten voor het onderhoud van het kind draagt.

____________

1 PB C 242 van 21.6.2021.