Language of document :

Beroep ingesteld op 16 augustus 2021 – Migadakis / ENISA

(Zaak T-507/21)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Ioannis Migadakis (Athene, Griekenland) (vertegenwoordiger: K. Bicard, advocaat)

Verwerende partij: Agentschap van de Europese Unie voor cyberbeveiliging (ENISA)

Conclusies

het verzoek ontvankelijk en gegrond verklaren;

het jegens verzoeker genomen besluit nietig verklaren;

ENISA verwijzen in de kosten;

verzoeker het recht voorbehouden om op enig moment andere middelen feitelijk en rechtens aan te voeren;

verzoeker het recht voorbehouden om op enig moment naast de stukken vermeld in dit verzoekschrift, zo nodig andere documenten over te leggen;

verzoeker alle andere rechten, middelen en acties voorbehouden.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij drie middelen aan.

Eerste middel, ontleend aan schending van de toepasselijke bepalingen. Betoogd wordt dat de kennisgeving van vacature niet voorzag in een examen per videoverbinding en dat verzoeker niet heeft ingestemd met een dergelijk schriftelijk en mondeling examen. Verzoeker heeft niet de keuze gehad tussen examens met direct contact en examens per videoverbinding. Bovendien was een examen per videoverbinding in juli 2020 niet gerechtvaardigd, aangezien Griekenland sinds 4 mei 2020, de datum van beëindiging van de lockdown, een groene zone was. Ten slotte wordt betoogd dat verzoeker is uitgesloten omdat hij 60 van de 100 punten heeft gekregen en dat alleen kandidaten met 75 van de 100 punten in aanmerking zijn gekomen, terwijl niet was vermeld dat dit niveau behaald diende te worden.

Tweede middel, ontleend aan schending van het gelijkheidsbeginsel, op grond dat het vergelijkend onderzoek onder slechte omstandigheden heeft plaatsgevonden. Verzoeker is niet op gelijke voet met de andere kandidaten behandeld.

Derde middel, ontleend aan schending van het beginsel van objectiviteit van de punten. In dit verband betoogt verzoeker dat de vragen van het mondelinge en schriftelijke examen en de punten die hij voor zijn antwoorden heeft ontvangen, niet objectief waren.

____________