Language of document :

Beroep ingesteld op 17 februari 2014 – Frucona Košice / Commissie

(Zaak T-103/14)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Frucona Košice a.s. (Košice, Slowakije) (vertegenwoordigers: K. Lasok, QC, B. Hartnett, barrister, O. Geiss, advocaat, en J. Holmes, barrister)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

besluit C(2013) 6261 van de Commissie van 16 oktober 2013 betreffende staatssteun nr. SA.18211 (C 25/2005) (ex NN 21/2005), dat is gericht tot de Slowaakse Republiek, nietig te verklaren, en

verweerster te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij vier middelen aan.

Eerste middel: de Commissie heeft bij de vaststelling van het bestreden besluit de rechten van de verdediging geschonden.

Tweede middel: de Commissie heeft in punt 83 van het bestreden besluit blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting.

Derde middel: de Commissie heeft de feiten onjuist beoordeeld en blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting, voor zover zij tot de conclusie is gekomen dat het voor de Slowaakse belastingadministratie voordeliger zou zijn geweest om een faillissementsprocedure in te leiden (punten 88-119 van het bestreden besluit).

Vierde middel: de Commissie is ten onrechte tot de conclusie gekomen dat een fiscaal beslag meer zou hebben opgeleverd dan het crediteurenakkoord.